Page 213 - Voorwerk.indd
P. 213

Er kunnen nog een aantal mogelijke redenen aan worden toegevoegd. Eerst wordt hier
                  kort ingegaan op enkele redenen die vrijwel overal van toepassing waren en ook vaak in
                  de literatuur worden genoemd, en daarna dieper op enkele redenen, die speciaal voor
                  Gennep gegolden kunnen hebben.


                  Wat vrijwel overal voor kwam:

                  •    Op het niet-opvolgen van Duitse verordeningen werden strenge straffen gesteld.
                      Meestal werd daarbij gedreigd met overbrenging naar een concentratiekamp. De
                      naam Mauthausen werd soms expliciet genoemd en die had sinds 1941 een siniste-
                      re klank. Ook ten aanzien van onderduiken werd met dergelijke straffen gedreigd.
                  •    Pessimisme over het slagen van onderduik. Men kon zich niet voorstellen dat men
                      de omstandigheden waarin men zou komen te verkeren, zou kunnen doorstaan.
                      En men dacht dat de kansen om niet ontdekt of verraden te worden gering waren.
                  •    Er werden door de nazi’s verhullingsmethodes gebruikt. Vanaf 1942 werd con-
                      sequent gesproken  van  werkverschaffing  onder politietoezicht in Duitsland.
                      De gezinnen zouden bij elkaar blijven. Om dit te versterken liet men zogenaamde
                      berichten uit de werkkampen doorsijpelen, en ook via de Joodse Raad. Degenen
                      uit hun woonplaats waren vertrokken kwamen er meestal pas achter dat de ge-
                      dane toezeggingen niet werden na gekomen, toende kansen om nog onder te
                      duiken al verkeken waren. Ze waren dan al in Westerbork of Vught opgesloten.
                  •    Wat werkelijk gebeurde, vernietiging op industriële schaal, was toen onvoorstel-
                      baar. Ook toen  berichten binnen kwamen  die in die  richting wezen, werden die
                      niet geloofd of ze werden verdrongen.
                  •    Toen de deportaties begonnen stond een overwinning van Duitsland al niet meer
                      vast. In april 1943 leken de kans zelfs verkeken. Een snel einde van de oorlog en
                      de kans in Vught te kunnen overleven leek toen een reële verwachting.
                  •    Men beschikte niet over relaties om een onderduikadres te vinden.

                  Bij de beoordeling of dit alles ook in Gennep opging moet rekening worden gehouden
                  met de verschillen in omstandigheden van augustus 1942 en april 1943. De oproepen
                  in augustus 1942 kwamen op een moment, dat er elders ook Joden werden opgeroepen
                  om zich te laten keuren voor werkkampen in Nederland zelf. Dat was bijvoorbeeld het
                  geval bij de zwager van Werner Hertog, Ernst Baum in Deventer. Die dook onder, maar
                  werd gevonden en alsnog naar zo’n werkkamp in Nederland gestuurd. Misschien heeft
                  dit invloed gehad op het besluit van Werner Hertog om zich niet aan de oproep om zich
                  voor werkverschaffing in Duitsland te ontrekken: Of misschien dacht hij beter af te zijn
                  in een werkkamp in Duitsland.

                  Ook het feit dat er op dat moment in Gennep nog nauwelijks een organisatie bestond
                  die onderduik kon regelen is van belang. Degenen, die het betrof, waren niet in de
                  positie om dat zelf te doen. En zeker niet als dat van de ene op de andere dag moest




                  | HOOF DS TU K 7 | HOE B I JZ ON DE R W A S G E N N E P? |                  215



       Hfdst-7.indd   215                                                                   21-10-18   16:50
   208   209   210   211   212   213   214   215   216   217   218