Page 241 - Voorwerk.indd
P. 241

caat, die bij het huwelijk van Arthur van Leeuwen in 1948 was ingeschakeld. Zij droeg
                  getuigenissen  van  meerdere  personen  aan,  dat  Hans  vóór  de  deportatie  in
                  Wester-bork ernstig was mishandeld en in invalide toestand, met beide armen in het
                  gips op transport  was  gesteld.  Op  het  transport  waartoe  Hans  behoorde  was  bij
                  aankomst  in  Auschwitz  twee  keer  selectie  toegepast.  Dat  gebeurde  eerst  direct  na
                  aankomst bij de trein, waarbij ongeveer honderd mannen waren uitgekozen om het
                  kamp  binnen  te  gaan.  De  anderen  waren  onmiddellijk  naar  de  gaskamer  gestuurd.
                  Van die honderd uitgekozenen vond een tweede selectie plaats. De mannen moesten
                  in  het  kamp  een  krachtproef  ondergaan,  die  er  uit  bestond  dat  zij  zo  hard  ze
                  konden  een  afstand  van  enkele  honderden  meters  moesten  afleggen.  Alleen
                  degenen  die  deze  proef  hadden  doorstaan  werden  arbeidsgeschikt  bevonden  en
                  waren  op  een  vrachtwagen  naar  het  kamp  Monowitz  vervoerd.  De  anderen  waren
                  alsnog meteen vergast. Die getuigen von-den het onwaarschijnlijk dat Hans door de
                  eerste  en  tweede  selectie  was  gekomen  of  in  zijn  toestand  nog  enkele  weken  in
                  Auschwitz had kunnen verblijven.
                      Mietjes  zuster  verzocht,  dat  de  bestaande  overlijdensdatum  1  april  1944  van
                  Hans Andriesse veranderd zou worden in 24 september 1943, of eventueel een iets
                  latere  da-tum  kort  na  21  september  1943,  maar  in  ieder  geval  een  datum  vóór  19
                  oktober  1943,  de  overlijdensdatum  van  Mietje.  Dat  is  gebeurd.  De  datum  van
                  overlijden van Hans werd dus bepaald voor die van zijn vrouw en daarmee was hij niet
                  meer haar erfgenaam.



                      Rechtsherstel en schadevergoeding
                  Op 16 mei 1945, enkele dagen na zijn terugkeer in Gennep vroeg  Simon van
                  Leeuwen de burgemeester om tussenkomst bij zijn pogingen tot
                  schadevergoeding. Die wendde zich tot de Afdeling Rechtsherstel van het Militair
                  Gezag in Venlo en omschreef de situatie van Simon aldus:

                      Zijn woonhuis, gelegen aan de Spoorstraat () en zijn slagerij, gelegen
                      aan de Moutstraat () werden aangekocht door (A. van D.), lid van de
                      N.S.B., te Groesbeek.
                      Hij woont thans wederom in zijn huis, doch dit is beschadigd terwijl
                      vrijwel de gehele inventaris, waarbij o.a. een personenauto, merk Che-
                      vrolet, bouwjaar 1935, een zwaar motorrijwiel, merk F.N., bouwjaar
                      1937, 2 zo goed als nieuwe rijwielen, merk Phoenix en Magneet, en een
                      Philips radiotoestel, is verdwenen. Zijn slagerij is geheel gesloopt en de
                      afkomende materialen zijn verkocht.
                      Verder werd hem gedurende twee jaar verboden zijn beroep van vee-
                      handelaar uit te oefenen, vervolgens moest hij gedurende twee jaar
                      onderduiken, zodat hij over een tijdvak van vier jaar geen verdiensten
                      heeft gehad.



                  | HOOF DS TU K 8 | N A DE OO RL O G |                                       243



       Hfdst-8.indd   243                                                                   22-10-18   09:42
   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246