Page 222 - Voorwerk.indd
P. 222

keukens. En dat het economisch leven weer op gang kon komen. De evacuatie was een
                       diepgevoelde en bittere ervaring geweest, waaraan de Gennepenaren van die generatie
                       een levenslange schrijnende herinnering zouden behouden. Als bedelaars hadden zij
                       in voor hen vreemde streken van het land moeten aankloppen en bij terugkeer bleek
                       dat zij nauwelijks nog iets hadden. Bovendien kwamen er in de laatste maanden van de
                       oorlog en de eerste na de bevrijding nog verschillende mensen om, eerst door bombar-
                       dementen en andere gevechtshandelingen, na terugkeer door boobytraps.

                           En toen waren ze weg
                           Het is begrijpelijk dat in die omstandigheden niet de eerste aandacht uitging naar
                       wat met de niet terug gekeerde joodse medeburgers was gebeurd. Het ging ook maar
                       om enkele families, die weliswaar een duidelijke rol hadden gespeeld in de vooroorlog-
                       se gemeenschap, maar sinds 1943, na hun vertrek uit beeld waren verdwenen. Dat de
                       kleine joodse gemeenschap, die Gennep zo lang had gekend, vrijwel geheel verdwenen
                       was, kreeg toen nog niet veel aandacht. En ook had men toen nog geen begrip van wat
                       de vervolging die de Joden tijdens de bezetting hadden ondergaan voor dimensie had.
                       Zij waren alles kwijt, maar dat gold in zekere mate voor veel andere Gennepenaren ook.
                       Zij waren weggevoerd, dat had de rest van de bevolking ook ondergaan. Iedereen had
                       schade en was al zijn spullen kwijt. Dat gold zowel voor Joden als niet-Joden.
                           Zij  waren  in  kampen  opgesloten,  wat  een  zeer  groot  aantal  Joden  niet  had
                       overleefd; maar er waren ook veel niet-Joden in concentratiekampen terecht gekomen
                       en daar zodanig behandeld dat ook zij omgekomen waren. Zo dacht men.
                           Zo dacht ook de regering in ballingschap in Londen, die tijdens de bezetting de
                       regels maakte voor het naoorlogse rechtsherstel, en zo werd ook gedacht bij de latere
                       uitvoering ervan. Er werd vanuit gegaan dat er na de Duitse bezetting geen verschil
                       meer mocht worden gemaakt tussen Joden en niet-Joden. Beide groepen hadden onder
                       de bezetting geleden en moesten op gelijke voet in geschonden rechten worden her-
                       steld en de opgelopen schade vergoed krijgen.
                           Maar  zo  lag  het  in  werkelijkheid  niet.  Het  was  niet  zo  dat  zowel  Joden  als  de
                       niet-Joden als gevolg van de bezetting bezittingen hadden verloren en dat sommige
                       Joden de kampen hadden overleefd en andere niet. De Joden was als bevolkingsgroep
                       stap voor stap door regelgeving, die alleen hen gold en niet de rest van de bevolking,
                       van alles wat ze maar konden bezitten beroofd. Iedere mogelijkheid om verder in hun
                       levensonderhoud te voorzien was de Joden ontnomen en tenslotte waren ze, onder
                       het mom van  werkverschaffing, naar  plekken  gebracht  waar  ieder  blijk  van  dat  ze
                       ooit hadden bestaan werd uitgewist.
                           De  weinigen  die  bij  toeval  of  door,  al  of  niet  gekochte,  hulp  van  hun
                       medeburgers  hadden  overleefd  waren  geen  slachtoffers  van  gebeurtenissen
                       waarvan  de  schade kon worden vergoed. Deze Joden waren overlevenden van een
                       vooropgezet plan om de bevolkingsgroep waartoe zij behoorden te doen verdwijnen.
                       En  dat  was  grotendeels gelukt.  Waar  anderen  zich  konden  afvragen  wie  van  hen
                       was  omgekomen,  moesten de overlevende Joden zoeken naar de weinigen die ook
                       niet waren omgebracht.


           224                     | E N T OE N W A R E N Z E W E G | JO DE NVE R V OL G I NG I N E E N N OO R D-L I M B U R GS S T ADJ E |



       Hfdst-8.indd   224                                                                   22-10-18   09:42
   217   218   219   220   221   222   223   224   225   226   227