Page 197 - Voorwerk.indd
P. 197

In  die  tijd  had  Jordan  nog  contact  met
                                                       Gennep, in de persoon van Riek Achterberg-
                                                       Roosenboom,  hun  vroegere  dienstbode.
                                                        Irmgard  had  haar  zelfs  gevraagd  mee  te
                                                       komen  toen  ze  naar  Bussum  verhuisde,
                                                       maar  daar  konden  Rieks  ouders  niet  mee
                                                       instemmen.  Maar  nu  de  familie  Jordan  in
                                                       Westerbork  zat,  kon  ze  hen  helpen
                                                       door  geregeld  pakjes  te  sturen  met
          Reclameboodschap                             spullen  die daar niet waren te krijgen. Riek
           van Dorrestein in
            het MBS tram-                              vertelde  dat  ze  die  dan  bij  drogisterij
            boekje van 1938.                           Dorrestein  in  de Niersstraat haalde.



                       De familie bleef ruim twee jaar in Westerbork. Aan die betrekkelijke idylle kwam een
                       eind op 4 september 1944. Karl en Irmgard Jordan werden toen op transport gesteld
                       naar Theresienstadt. Tot dat transport hoorden ook Breslauer en zijn vrouw evenals
                       Lore Kann.  Irmgards moeder en Karls ouders waren daar al eerder op 18 januari 1944
                       naar  toe  gebracht.  Theresienstadt  was  geen  vernietigingskamp.  Dat  ze  daar
                       heen moesten gaf hen goede hoop dat ze allen zouden overleven. En zeker omdat de
                       oorlog al in een ver gevorderd stadium leek. Maar het liep anders. Arthur Jordan, de
                       vader van Karl, schreef in 1946 aan Riek Achterberg-Roosenboom:

                           In Westerbork zijn wij een hele tijd met onze kinderen tezamen ge­
                           weest tot mijn vrouw, mevrouw Blumenthal en ik in januari ‘44 naar
                           Theresienstadt gedeporteerd. Daar was het ene erg slechte toestand wat
                           hygiëne en het veel te weinige eten betreft. De ziekenhuizen lagen vol
                           met zieke en oude mensen en vele zijn daar overleden. Ook mevrouw
                           Blumenthal is vaak verkouden en ziek geweest, toch zou ze het zeker
                           overleefd hebben, als ze daar had kunnen blijven.
                               In september ’44 kwam mijn zoon en zijn vrouw ook naar Theresien­
                           stadt en wij allen waren blij ons daar gezond weer te zien. In het geheel
                           zijn ca. 1000 mensen, meest Hollanders, van Westerbork uit gekomen.
                           Pas drie weken hadden mijn zoon en Irmchen gewerkt en wij allen zijn
                           tevreden geweest tenminste samen te zijn. Toen gingen grote transporten
                           naar een doel dat niemand wist. Er werd gezegd naar Duitsland om te
                           werken, maar het werkelijke doel was Auschwitz. Het is zeker dat onze
                           schoondochter en mevrouw Blumenthal daar zijn gebleven, want u weet
                           wat Auschwitz betekent. Zoals wij kort geleden hebben gehoord is onze
                           zoon in de buurt van Dachau waar hij te zwaar moest werken en te wei­
                           nig eten kreeg aan uitputting overleden (november 44).





           198                     | E N T OE N W A R E N Z E W E G | JO DE NVE R V OL G I NG I N E E N N OO R D-L I M B U R GS S T ADJ E |



       Hfdst-6.indd   198                                                                   21-10-18   16:48
   192   193   194   195   196   197   198   199   200   201   202