Page 201 - Voorwerk.indd
P. 201
Wat zou er gebeurd zijn als de familie Kann wel naar Barneveld had mogen gaan?
Ze zouden daar met 700 anderen in betrekkelijk comfortabele omstandigheden heb-
ben geleefd tot 29 september 1943. Toen moest de Barneveldgroep naar Westerbork.
Daar vormden ze ook weer een aparte afdeling, die niet op transport hoefde. Maar
ook zij zouden uiteindelijk naar Theresienstadt gaan, op 4 september 1944. Ook in
Theresienstadt bleef dit gezelschap bij elkaar en toen er vlak voor de bevrijding nog
een transport vanuit Theresienstadt naar Auschwitz ging, werden ze daarvan vrijge-
steld.
Toen duidelijk werd dat ze niet naar Barneveld zouden kunnen gaan, kon Van Banning
dat al niet meer aan Ernst Kann zelf laten weten. De familie Kann was inmiddels al in
Amsterdam terecht gekomen, toen de resterende Joden uit Naarden eind april 1943
naar Vught moesten. Ze zouden daar dan weer hun vroegere plaatsgenoten uit Gennep
zijn tegen gekomen, die daar al immers enkele weken waren. Maar de familie Kann
besloot in tegenstelling tot anderen om wel onder te duiken en had daar waarschijnlijk
ook voldoende relaties en geld voor. Voor schoonmoeder Klara Koppel-Leijser bleek
dat te moeilijk en eind mei 1943 heeft de familie haar naar Westerbork laten gaan in
de hoop, dat ze daar beter verzorgd kon worden. Maar 8 juni 1943 is ze naar Sobibor
gedeporteerd, 82 jaar oud. Dat was het transport waarmee ook de kinderen uit Vught
met hun moeders naar Sobibor gingen.
Ernst Kann en vrouw en twee dochters hebben overleefd. Maar de oudste dochter Lore
(geb. 1923) ternauwernood. Zij werd in juni 1944 opgepakt toen ze levensmiddelen aan
andere ondergedoken Joden verdeelde. Ze kwam in Westerbork in de strafbarak, maar
mocht daar na enige tijd weer uit door bemiddeling van een van de twee voorzitters
van de Joodse Raad, de industrieel Abraham Asscher. Op 3 september 1944 stond ze
echter weer op de transportlijst naar Auschwitz. Dat is het transport vanuit
Westerbork waarmee ook Anne Frank is gedeporteerd. Opnieuw wist Asscher te
bereiken dat zij van de lijst afkwam en op 4 september met de Barneveld groep en
met het echtpaar Jor-dan naar Theresienstadt werd gedeporteerd, waar de
overlevingskansen groter waren. Hier werd zij in mei 1945 bevrijd, net als de ouders
van Karl Jordan Zij is in januari 2017, 93 jaar oud, in een bejaardentehuis in Soest
overleden.
David
Zoals gezegd vestigde de familie David zich in Bussum, op 12 maart 1941. Uit zijn
aandeel in de verkoop van de fabrieken in Gennep had Paul in Bussum een villa
ge-kocht, Willem Bilderdijklaan 22. In november 1941 is hij door de Duitsers
opgepakt en heeft hij negen weken vast gezeten wegens anti-Duitse uitingen. In juni
1942 moesten alle Joden Bussum verlaten en in Amsterdam gaan wonen. De familie
David kon toen in Bussum blijven. Dankzij Wessel Boelen, de Amsterdamse
boekhouder die in 1940 de verkoop van de fabrieken had geregeld kreeg hij in
december een ‘sperre’, waardoor hij ‘bis auf weiteres van een tewerkstelling in ’t
buitenland was vrijgesteld’.
202 | E N T OE N W A R E N Z E W E G | JO DE NVE R V OL G I NG I N E E N N OO R D-L I M B U R GS S T ADJ E |
Hfdst-6.indd 202 21-10-18 16:48