Page 343 - Voorwerk.indd
P. 343
En alles ging aan flarden veel details te bevatten over wat de Gennepse gezinnen ook moeten
hebben meegemaakt.
Wat ik over de hang van zaken in Sobibor heb geschreven is vrijwel geheel op het stan-
daardwerk van Jules Schelvis Vernietigingskamp Sobibor gebaseerd. Maarten Eddes, de voor-
zitter van de Stichting Sobibor, was zo goed mijn tekst kritisch te bekijken.
In hoofdstuk 7 ga ik in op de overlevingscijfers die Herman van Rens in Vervolgd in Limburg
en Marnix Croes en Peter Tammes in ‘Gif laten wij niet voortbestaan’ hebben gegeven en
kom daarbij op basis van nader bronnenonderzoek voor wat Gennep betreft tot andere
conclusies.
In hoofdstuk 8 ga ik uitvoerig in op het naoorlogse rechtsherstel. Hoe het kader daarvan was
vond ik vooral in Berooid: de beroofde joden en het Nederlandse restitutiebeleid sinds 1945
van Gerard Aalders en Ontrechting en rechtsherstel in Nederland en Frankrijk in de jaren van
bezetting en wederopbouw van Wouter Veraart.
In dit hoofdstuk komt ook de afwikkeling van de verkoop van ‘Jodenhuizen’ aan de
orde. In hoofdstuk 5 was al behandeld hoe die verkopen in hun werk gingen. Over de gang
van za-ken hierbij bevat het in 2016 verschenen proefschrift van Raymund Schütz over de rol
van het notariaat tijdens de oorlog Kille mist de nodige informatie.
Voor de hoofdstukken 3 en 6 zijn geen specifieke boeken te noemen, omdat die groten-
deels op eigen archiefonderzoek zijn gebaseerd. Hoe de geleidelijke isolatie en onteigening in
het algemeen verliep wordt op meerdere plekken in de bestaande literatuur beschreven.
Archieven
Daarnaast is wat in dit boek staat gebaseerd op onderzoek in archieven. Dat gebeurde
voornamelijk in het Gemeente-archief van Gennep en het Nationaal Archief in Den Haag.
In Gennep heb ik, naast de door zowel Wiel van Dinter als Herman van Rens
gebruik-te inventarisnummers 115-117 ‘maatregelen tegen de Joden’ in het archief van de
gemeente Gennep over de jaren 1940-1972 ook andere stukken kunnen bekijken, zoals de
stukken over de onder beheer stelling van de fabrieken van Kann, David en Jordan in 1940.
Daarnaast kon ik informatie halen uit de woningregisters, de bevolkingsregisters en de
leggers van Maas- en Niersbode. Bij dat alles heb ik veel ondersteuning ondervonden van
de archivaris Marieke Gerrits, die altijd per omgaande op mijn vragen reageerde, en op
Govert Boterblom, die mij telkens gastvrij ontving. Dankzij Henk Jaspers kon ik vanachter
mijn bureau de bezoeken aan Gennep voorbereiden.
De gang van zaken in het Nationaal Archief was stukken formeler. Ook andere onderzoekers
als ik weten daar, soms zelfs in de pers, van mee te praten. Ter verontschuldiging kan
wor-den gezegd dat onderzoek naar het Nederlandse oorlogsverleden een van de hot items
in het Nationaal Archief is. Het gaat daarbij om gevoelig materiaal, dat een zorgvuldige
behande-ling behoeft. Dat betekent echter wel dat met name het onderzoek in het
Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) nogal omslachtig is. Vanaf begin 2018
werd het archief van het Nederlands Beheersinstituut openbaar, zodat daaruit ter plekke
| VE RA NT W OO R DI NG | 347
Bijlagen.indd 347 22-10-18 12:04