17 september

Niet alleen prinsjesdag in 2019, maar 75 jaar geleden ook het begin van operatie Market Garden, de operatie van de geallieerden om via een aanval over de rivieren om de Westwall, de sterke verdedigingslinie van de duitsers, heen te trekken teneinde nog voor kerstmis 1944 een einde te maken aan WOII in Europa. Het was letterlijk en figuurlijk een brug te ver, zodat Holland de hongerwinter tegemoet ging en ook zodat Gennep een half jaar lang frontstad werd, bombardementen over zich heen kreeg en dat de bevolking moest evacueren. Na 2 dagen straatgevechten werd Gennep uiteindelijk midden februari 1945 bevrijd. Wiel van Dinter vertelt over Market Garden.

Hoe 'Market Garden' er kwam door Wiel van Dinter

Teheran.

In de Tweede Wereldoorlog stond Nazi-Duitsland tegenover de drie grootmachten Amerika, Engeland en Rusland. De leiders van deze drie spraken elkaar voor het eerst samen op de conferentie van Teheran in de Russische ambassade aldaar (nov./dec. 1943). Jozef Stalin trad daar op als gastheer bij de besprekingen met Franklin Roosevelt en Winston Churchill. Doel van de bijeenkomst was de strategie tegen de Duitsers vast te leggen. Centraal daarbij was de discussie over een tweede front naast het oostelijk front in Rusland. Churchill en Roosevelt beloofden in de lente van 1944 in West-Europa een tweede front te openen. Daardoor zou Duitsland zijn militaire macht moeten verdelen over twee fronten. Zo werd hier de Operatie Overlord geboren.

‘Overlord'
Tijdens de eerste maanden van 1944 bereidden de geallieerden een grootscheepse aanval op het West-Europese vasteland voor. Men maakte gebruik van ervaringen tijdens voorgaande landingen bij Dieppe en in het Middellandse Zee gebied. De zandstranden van de Normandische kust werden het meest geschikt geacht voor een massale invasie. Het zou een gecombineerde amfibische en luchtlanding worden met de codenaam ‘Overlord' . De aanval was voorzien op 1 mei. Maar door slechte weersomstandigheden moest men wachten tot 6 juni 1944. Op die dag ging de grootste operatie ooit van start.

Haven

De Duitse Atlantikwall bleek een geduchte hindernis. Het verrassingseffect werd snel kleiner. De uit landingsvaartuigen komende militairen waren licht bewapend. Al waren de geallieerden in de lucht oppermachtig, de grondtroepen ontbeerden zwaar materieel. De opmars stagneerde. Voor de aanvoer van tanks, zwaar geschut had men een haven nodig. De meest voor de hand liggende zeehaven Cherbourg was door de Duitsers omgebouwd tot een vesting. Na zware gevechten viel de haven 1 juli in Britse handen. Nadat de havenmond mijnenvrij gemaakt was, konden schepen zwaar strijdmaterieel aan land brengen. De geallieerde opmars kwam nu een maand na de landingen flink op gang.

Westwall
Eind augustus stonden de legers in de buurt van de Ardennen aan de Frans-Belgische grens en werd het front gestabiliseerd. Opperbevelhebber Dwight Eisenhower confereeerde in zijn hoofdkwartier met veldmaarschalk Bard Montgomery over de te volgen strategie. Door de Duitse Westwall heenbreken was een hels karwei. Misschien via de Ardennen. Voor zwaar materieel ook haast niet te doen. Montgomery lanceerde toen het plan dat hij met de generale staf ontwikkeld had.

Plan
De noordpunt van de Westwall was Kleef. Noordelijk van die stad kon men dan over de zwak verdedigde Duitse grens trekken. Daarna noordwaarts richting Hamburg, oostwaarts naar Berlijn en zuidwaarts richting Roergebied. Het moest een verrassingsoffensief worden in Nederland door gebruik te maken van paratroepen op strategische punten bij bruggen en grondtroepen, die in een paar dagen door België, Brabant en Gelderland trokken. En daar dan contact maakten met de para's.

Bruggenhoofd
Het zwaartepunt van de luchtlandingen zou ten noorden van de Rijn bij Arnhem liggen. Vanuit het daar gevormde bruggenhoofd zou men na contact met de vanuit het zuiden opgerukte grondtroepen naar het IJsselmeer doorstoten en daardoor de Duitse troepen in Holland en Zeeland insluiten. In oostelijke richting was door de Achterhoek de Duitse grens bereikbaar.

Market Garden
Eisenhower had twijfels over dit risicovol plan: de aanvoerlijn voor reservetroepen en materieel vanuit Frankrijk was lang en kwetsbaar. Maar omdat twee van zijn stafgeneraals aan het plan hadden meegewerkt, stemde hij toe. Als het plan lukte, trok men om de Westwall heen Duitsland binnen. Deze gecombineerde operatie van lucht- en landstrijdkrachten kreeg de codenaam Market Garden . Start 17 september 1944, nu 75 jaar geleden.

de oorlog dichterbij

Wiel vervolgt zijn verhaal over operatie Market Garden en hoe dat in Gennep beleefd werd in september 1944, nu 75 jaar geleden.

Oorlog
Sedert 10 mei 1940 heerste er in Gennep de oorlogstoestand. Van oorlogshandelingen was er toen nauwelijks sprake: er liepen al Duitse soldaten door Gennep voordat Gennep goed en wel wakker was. De vrijheid van meningsuiting was snel ingeperkt, de distributiebonnen voor voedsel, kleding, brandstof e.d. gaven steeds mindere hoeveelheden. Gebreidelde pers, radio's inleveren, alleen nazi-gestuurde berichten. In het geheim gehoord nieuws van ‘Radio Oranje' gaf de keerzijde van het nieuws. Dwangarbeid in Duitsland, de avondklok, Gennepse mannen en vrouwen die verplicht werden te werken aan de Westwall, verhardden het leven in oorlogstijd. De geallieerde landing in Normandië luidden een nieuwe fase van de oorlog in.

Juk
Een vleugje optimisme leefde op onder het steeds zwaarder wordende juk van de bezetting. De steeds vaker voorkomende nazi-berichten van ‘strategische' terugtochten van Duitse legers wakkerden dat optimisme aan. De ‘val' van Brussel en Antwerpen gaf een gevoel van “ze komen er aan”. En de bezetter werd brutaler en grimmiger. In Gennep opgehangen bulletins van gefusilleerde verzetsstrijders probeerden een angstcultuur te kweken. Eskaders bommenwerpers die dag en nacht over Gennep naar Duitsland vlogen, en ook buurtsteden hoorbaar aanvielen, brachten de oorlogshandelingen naast de deur.

Kinderkapel
Als Mulo-leerling hebben wij Gennepse jongens, nog steeds vakantie. De school is door de Wehrmacht gevorderd voor militairen. Met buurjongens slenter ik door Gennep, kijk hoe mannen en vrouwen, gewapend met een schop, loopgraven moeten gaan maken aan beide oevers van de Maas. De spanning die in Gennep hangt, gaat ons grotendeels voorbij. Op zondag 17 september gaan we als altijd om half 9 naar de Kindermis. We voelen ons eigenlijk te groot voor die Mis, maar koster Adriaan stuurt ons in de Hoogmis door de volle kerk naar de kinderkapel bij de andere ‘zondaars'!

Vliegers
Gisteren was het al druk geweest in de lucht. Jachtvliegtuigen schoten op alle voertuigen op de weg. Nu tijdens de Mis hoorden we duidelijk bommen vallen richting het Rijkswald. Wij woonden in een bovenwoning op de hoek Maasstraat/Markt. Ik was vroeger thuis uit de kerk dan anders. De kapelaan had niet gepreekt vanwege die bommen. Het is stil in de lucht totdat ik rond half twaalf een steeds sterker wordend geronk hoor. Ik schuif het raam open en zie uit de richting Oeffelt een grote zwerm vliegtuigen komen. Het zijn toestellen met het Engels kenteken. Zo laag vliegen ze anders nooit. Het geluid is oorverdovend. Ze gaan richting Nijmegen. Schoolkameraad Wim van de overkant ziet me en schreeuwt: Ga mee! En rent de Markt op. Ik hol de trap af en volg hem. Theo en Jeu van De Kroon rennen al de Niersstraat in.

Parachutes
Even later staan we op de Niersbrug, waar je ver van je af kunt kijken. We zien de machines achter de bomen van de Nijmeegseweg verdwijnen. Mensen, die op het dak van de Genneper Molen staan, roepen: “Ze gooien pamfletten uit.” En even later: “Nee, het zijn parachutisten”! Op de brug worden de kijkers het eens: het is opzij van Nijmegen. Zou Groesbeek kunnen zijn. Een onderdrukt gevoel van uitgelatenheid zweeft door de groep mensen: de Tommies komen!

Gliders
Opnieuw zwaar geronk in de verte. Er komen nog meer vliegtuigen. Weer kun je de propellers zien draaien. Maar iedereen staat met open mond naar boven te kijken. Dit kan niet waar zijn! Achter elk toestel hangt aan een kabel een kleiner vliegtuig, een zweefvliegtuig. Wel honderd trekkers, netjes naast en achter elkaar. Ze gaan dezelfde kant op. Mensen op het dak vertellen dat de zwevers plotseling alle naar beneden gaan. Waar is dat voor? Al redenerend stuift de groep plotseling uit elkaar. Met grote snelheid komt van de Nijmeegseweg een Kübelwagen aangereden. In de Duitse jeep drie Duitse officieren met strakke gezichten, die in volle vaart de Niersstraat in rijden. De volwassen mensen kijken elkaar veelbetekenend aan.

Filmpje van zo'n glider

Fiets
Als wij jongens tegen vieren naar huis gaan, zien we iets geks. Groepjes Duitse militairen lopen in snel tempo richting station. Anderen fietsen zonder geweer naar de Looi. Ik kom thuis en zie mijn moeder met roodomrande ogen. Mijn zusje is haar voor: “Een soldaat wilde vader dood schieten. Hij heeft vaders fiets afgepakt.” Ineens voel ik: de oorlog is dichterbij.

Harm: hieronder luchtopnames van 1944, waarop de WACO-gliders op de grond te zien zijn. Ter vergelijk (en orientatie) ook een luchtopname uit 2019

Op deze luchtfoto zien we de plek waar de gliders geland waren.
een detail van de foto links
de situatie in 2019
De oorlog nadert Gennep

Wiel van Dinter

Zwevers
Maandag 18 september is een stille dag in Gennep. En een rare dag: geen Duitse soldaten te bekennen. Blijde gezichten overal. De Tommies kunnen elk moment komen. Tegen elven weer zwaar gebrom in het westen. En wij zien weer tientallen trekkers met een zwever erachter. Wij jongens sprinten opnieiw naar ons uitkijkpunt de Niersbrug. Alles gaat in dezelfde richting als gisteren. Maar dan een bijzonder schouwspel! Er haken zich zwevers los en zeilen omlaag. We zien ze bij Zelder en Aaldonk landen. We staan perplex, want de andere combinaties vliegen verder. Hoe kan dat toch? Komen die ons bevrijden? Er zijn hier geen Duitsers meer.

Harm: in de Kenniskeuken is momenteel (sept 2019) een tentoonstelling te zien van vliegtuigen, bemanning en wrakken in en om het Gennepse in WOII. Daaronder ook beelden van de gliders die bij het Ven terecht kwamen

sanatorium Mariaoord. Op de achtergrond de oude Martinustoren

Granaten
Maar bittere teleurstelling de volgende dag. De Tommies zijn niet gekomen. Er lopen en rijden dinsdag weer Duitse soldaten, gewapend en met helmen op, door de Zandstraat. Er wordt gevochten bij de Plasmolense heuvels. De Duitsers halen de zweefvliegtuigen leeg. De Britten zijn verdwenen. Woensdag komt de oorlog wel heel dicht bij. We horen een paar doffe knallen. Later op de dag horen we van de buurman dat er granaten gevallen zijn bij ‘Maria Oord', het sanatorium in De Doelen. Drie zusters zijn gewond door rondvliegende scherven. De kanonkogels kunnen nu vaker komen.

Mariaoord

Gevlucht
De schrik zit er goed in. Waar zullen de volgende granaten neerkomen? Op donderdag gaan mensen matrassen in de kelder slepen. Vrijdagmiddag komt een stoet mannen, vrouwen en kinderen uit Plasmolen en Middelaar Gennep binnenlopen. Ik zie ze op de Markt stilstaan met kinderwagens, handkar en volgepakte fietsen. Een oude vrouw zit met kussens in de rug op een kruiwagen. Ze zijn door de soldaten weggestuurd. Veel huizen zijn al zwaar beschadigd door projectielen vanuit de Plasmolense heuvels en van over de Maas. De nog bewoonbare huizen zijn door de Duitsers gevorderd. De mensen worden her en der in Gennep ondergebracht. Zo maken wij kennis met vluchtelingen.

Aanval
Maandag 25 september wordt er hier en daar in Gennep volop gegraven. Buren helpen elkaar met het graven van schuilkelders in tuinen. Engelse kanonnen uit het Brabantse schieten op onregelmatige tijden op Gennep. Er worden op het spooremplacement bielzen gehaald voor het stutten van de daklaag grond. Binnen in worden slaapplaatsen gecreëerd. 's Middags cirkelen er de hele tijd Typhoons over de Niers. Meestal betekent dat niet veel soeps. Dat heeft de ervaring geleerd. Dan opeens duiken ze met een huilend lawaai, schieten raketten af en klimmen weer steil omhoog. We zien rookwolken opstijgen en horen doffe knallen die steeds sterker worden. Het is ginder op de Nijmeegseweg. Al gauw zien we vlammen oplaaien en sporen vuurwerk de lucht inschieten. De Duitse munitie in de boerenschuren van de Drie Kronen gaat de lucht in. Later rijdt een Duitse rodekruiswagen van het noodhospitaal in Maria Roepaan richting Milsbeek.
Wij zitten nu midden in het oorlogsgebeuren.

De oorlog komt Gennep binnen…

De oorlog slaat toe in Gennep

Risico
Er zijn weer granaten gevallen bij ‘Maria Oord'. Nu in de tuin van de Zusters van het Norbertusgesticht. En ook op de Heijenseweg. Het schijnt dat de Engelsen mikken op twee hoge gebouwen van Gennep, de Martinustoren en de moutfabriek. Dat zijn uitkijkposten van de Duitsers. De kerktoren staat vlakbij het sanatorium. Elke misser is dus een groot risico voor de tbc-patiënten.

Drie Kronen
De luchtaanval van 25 september op het Duitse hoofdkwartier aan de Drie Kronen is duidelijk zichtbaar. De schuren smeulen nog na. Het hoofdkwartier in het landhuis ‘Holy Lodge' ligt in puin. In de rijksweg erlangs zitten meerdere bomtrechters. De enkele mensen die de Bloemenstraat inlopen zien de uitgebrande vrachtwagens tussen de geblakerde muurresten staan. Een Duitse militair maant de burgermensen aan met spoed door te lopen.

Lightnings
Dinsdag 26 september ben ik met moeder en mijn zusje alleen thuis. Vader is naar goede kennissen in de Gennepse Hei. Daar kan hij nog wat eigen teelt pijptabak krijgen. Ik verveel me een beetje en hang uit het open raam in de lucht te kijken. Daar zie ik twee Lightnings boven Gennep rondjes draaien. Het zijn aparte toestellen door hun dubbele staart. Mij bekruipt een onbehaaglijk gevoel. Dat rondcirkelen deden ze boven de Maaskemp ook, als ze een schip in de Maas beschoten. Ik roep moeder en zeg: “Ik vertrouw het niet.”

de lockheed P38-Lightning

Bommen
Ineens zie ik er een duiken. “Naar de kelder!” schreeuw ik. Door de tussendeur rennen we de trap van de benedenbuur af. Een gefluit en een vreselijke dreun. Mijn zusje, die halverwege de trap is, glijdt van schrikruggelings omlaag. Moeder sleurt haar mee naar de bierkelder. (We wonen boven een café.) Ik spring de kelder in, terwijl er een vreselijke klap volgt. De muren van de gewelvenkelder schudden heen en weer. Mijn zusje zit huilend tegen moeder aangekropen. De oren gespitst wachten we op de volgende bom. Maar het blijft stil. Plotseling horen we snelle voetstappen boven ons en zwaait de deur open. Het is kapelaan H. “Alles goed hier. Gennep is gebombardeerd”. En weg is hij weer.

Dood
Ik waag me buiten en zie meteen dat Hotel de Kroon getroffen is. Soldaten rennen in en uit het steegje naast het hotel. Achter is een militaire veldkeuken. Op de Markt staan militaire vrachtwagens. Als ik die kant op loop, zie ik dat er een groot gat in het dak van de protestantse kerk zit. Het domineeshuis ernaast is zwaar beschadigd. Verderop in de Zandstraat zie ik buurjongen Wim bij een groepje mensen staan. Als ik er naartoe loop, zie ik dat het huis van weduwe H. half in elkaar ligt. De voorgevel is er half uit. Je kunt zo zien dat er boven een ijzeren ledikant staat. “Vrouw H. ligt er dood in”, zegt Wim. Bij de stadspomp aan de overkant ligt een blinkende raket, een blindganger. Als ik thuis kom en naar mijn slaapkamer ga, ligt er kalk van het plafond op mijn bed. Het schilderijtje van mijn Eerste H. Communie is van de muur gevallen. Er zit een barst in het glas.

hotel de Kroon, in puin geschoten op 26 september

Doden
Vader komt thuis en is opgelucht dat we alle drie ongedeerd zijn. De raketten zijn links en rechts van ons op 40 meter ingeslagen. Hij vertelt dat de werkplaats van de MBS ook gebombardeerd is en dat de papierfabriek ernaast in brand staat. Een van de werklui was in de werkplaats en is gedood. 's Avonds schrikken we weer. Nu vallen er bomen op de brandende fabriek en op huizen in de Emmastraat. Weer een dode en gewonden. En op de Maasweg blijkt 's middags bij de raketaanval ook de oud-gemeente secretaris A. gedood te zijn.

Noot van Fons Keijsers " ‘een van de werklui' die is gedood was mijn vader Wiel Keijsers.hij was zwaar gewond en later op die dag overleden in het toenmalige klooster. Als vervoer naar het ziekenhuis mogelijk was geweest dan had hij mogelijk kunnen overleven."

Direkteur Schaffers van de MBS bezoekt de gebombardeerde werkplaats van de MBS, waar een van zijn medewerkers is omgekomen

puinhopen in de Emmastraat

Frontstad
Vanaf deze dinsdag worden er overal matrassen naar de kelder gesleept en kunnen mensen bij buren of familie die een grotere kelder hebben intrekken. Er ontstaat een ongekende saamhorigheid. Ik moet 's morgens vroeg brood halen omdat vader zich niet op straat durft te vertonen (graven aan de Maas!). Er worden spoorbielzen op het spooremplacement gehaald om het dak van een grote gegraven schuilkelder in de tuin te verstevigen. Duits en Engels kanonvuur gaat nu heen en weer. Granaten komen fluitend aansuizen en slaan vernietigend in. Ja, in deze laatste septemberweek 1944 is GENNEP EEN FRONTSTAD geworden, waar de bevolking als muizen de grond in kruipen.

Gennep frontstad (deel 1)

de barre oktoberwerken van 1944, door W van Dinter

Gennep doelwit
Gennep ondervindt in de laatste septemberweek 1944 aan den lijve wat oorlogshandelingen zijn. De ‘Drie Kronen' in brand geschoten, een raketaanval op het centrum van Gennep, bommen op de papierfabriek en de Emmastraat, doden en gewonden. In allerijl schuilkelders gebouwd waat een huiskelder ontbreekt of ondoelmatig is. De Engelse kanonnen vanuit Brabant vuren aanhoudend op Gennep.
Steeds weer granaten. In de nacht wordt het café-woonhuis van P. Nagels aan de Spoorstraat vol getroffen. Wim Voss die er verblijft, wordt zwaar gewond en overlijdt ter plekke. De straten lijken uitgestorven, niemand waagt zich zonder noodzaak buiten. Er ontstaat een artillerieduel tussen Engelsen en Duitsers. Iedereen duikt de (schuil)kelder in, jacht makend op de muggen en hopend dat de projectielen niet hier inslaan.

de machinefabriek van de gebroeders Schumacher ligt in puin
de remise van de MBS staat in brand
in een rustpauze zoeken Gennepenaren deuren en balken om (schuil)kelders te versterken
De rookwolk die je ziet is volgens mij afkomstig van een aan de Leembaan in Ottersum neergestorte C-47 Dakota.Dit was een van de sleepvliegtuigen die de groep gliders naar Groesbeek moest brengen maar zich verkeerd orienteerde op de Vense molen waardoor de gliders in en om het gebied Aaldonk -Lange Horst e.o. terechtkwamen.Drie bemanningleden wisten zich per parachute te redden maar de 2e vlieger Lt .Dover heeft het toestel niet meer kunnen verlaten.Waarschijnlijk ligt hij op de Milsbeek als onbekend begraven. De rookwolk komt boven de schuur van Mooren toen nog met puntdak en het dak van de Gennepermolen met rechts daarvan de afzuiginstallatie welke na de oorlog ook nog gebruikt is. (info Han van Arensbergen)
na een bombardement wordt de schade op de Markt opgenomen

Links: Nagels ligt in puin.

rechts: Gennep in gelukkiger dagen. Wim Voss met zijn broer en zus voor de etalage van de buurman, slagerij Noij (naast hotel de Kroon),

Helemaal links Selly Andriesse, die in 1943 in Sobibor vermoord zou worden. Daarnaast een onbekend meisje. Dan Jan van Kempen, die later burgemeester van Bergen zou worden, dan zus Voss, later getrouwd met gemeentesecretaris Martens, dan Jan en Wim Voss (waarbij Wim bij het bombardement van Nagels omkwam) en tenslotte Marie van Kempen.

Scherven
Bij Van A., midden in Gennep, wordt in het geheim één van de twee varkens geslacht. Wij kunnen het beter opeten dan de Duitsers wanneer ze het beest in beslag nemen. In de loods van Tonnie S. in de Doelen wordt zonder bonnen vlees van door granaten getroffen koeien verkocht. Tijdens zo'n verkoop gieren er onverwacht weer granaten. Slager en kopers halsoverkop de kelder in. Twee vrouwen door scherven getaakt: één dode en één zwaar gewonde. Dokters staan machteloos; hun apparatuur kunnen ze niet meer gebruiken omdat er geen elektriciteit meer is.

Bonnen
Van de bonkaarten worden bonnen geldig verklaard voor brood, vlees, boter, melk. Maar de Gennepse kruideniers zijn door hun voorraad heen en aanvoer is niet meer mogelijk. Vrachtwagens worden onherroepelijk beschoten door de spiedende jachtvliegtuigen. En wie kan Gennep nog bereiken? Dreigt er hongersnood? De enige redding zijn de boeren in Ottersum, Aaldonk en De Panoven met aardappelen, wortelen, een litertje melk en soms wat fruit.

Engelsen
Zondag 1 oktober: we zijn niet naar de kerk geweest, te veel granaten. We krijgen ze van twee kanten. Uit de Plasmolen en van over de Maas. Op de Nijmeegseweg zijn grote trechters in de weg, waar de granaten ontploft zijn. Ik vraag me af waarop de Tommie eigenlijk schiet. Een buurman is door de weien naar de Maas gelopen en heeft Engelsen aan de overkant gezien. Zijn ze van plan naar deze kant te komen? Liever nu dan morgen. Maar er komen steeds meer nieuwe Duitse soldaten in Gennep. Vader zegt dat groepjes soldaten vee bij de boeren weghalen en over de grens drijven.

Ontruimen
Op de Duivenakker en de Zandstraat zijn vandaag (do. 5/10) wel 5 of 6 woonhuizen getroffen tijdens een kanonnenduel. Gelukkig maar één gewonde. Iedereen zat in de (schuil)kelder. Moeder was in doodsangst. Mijn zusje was buiten gaan spelen. Toen barstte het schieten los. Ze bleef maar weg. Na een half uur kwam ze de trap op. Toen het schieten begon, was ze bij een buurmeisje in de kelder gekropen. Het gerucht gaat dat de huizen op de Nijmeegseweg ontruimd moeten worden omdat er al een paar dagen steeds granaten vallen. Waar moeten die mensen heen? Er zitten al vluchtelingen uit Middelaar en Plasmolen hier in Gennep opgevangen..

Orgel
Vannacht uren lang wakker gelegen van het gebrom van overvliegende toestellen. Het zware geluid leek wel op de donkere tonen van het kerkorgel. Dit ‘luchtorgel' bleef maar aanhouden: honderden bommenwerpers op weg naar Duitsland. Welke plaatsen zijn nu weer aan de beurt? Gistermiddag kwamen er ook zwermen over. Ik zag hoe het afweergeschut er twee in brand schoot. Zou de bemanning er nog levend uitgekomen zijn? Ik lig in het donker te luisteren. Als ze er nu maar niet een boven Gennep neerschieten. Morgen is het zondag. Vader gaat met de buurman proberen op de Panoven wat groente te bemachtigen . Moeten ze dan wel zelf van het land halen.

Gennep frontstad (deel 2)

Vooraf
Eind september, begin oktober 1944 werden wij, inwoners van Gennep, pas echt geconfronteerd met wat oorlog echt was: doden en gewonden door oorlogsgeweld, verwoestingen, oppermachtige militairen, geen elektriciteit, krant en telefoon, groeiend voedseltekort. Engelsen in Oeffelt, Boxmeer en Cuijk, Amerikanen in Mook en op de Plasmolense heuvels. Gennep als doelwit van kanonnen in het Brabantse. Doodsgevaar was altijd voelbaar.
Uit mijn herinneringen.

Bakker
Ik word er vroeg op uit gestuurd bij de bakker verder in de Zandstraat brood te gaan halen. Moeder drukt me op het hart heel voorzichtig te lopen. Ik zie dat al weer meer ramen dichtgespijkerd zijn. De straat ligt vol puin van stenen, dakpannen en glas. Hier en daar loopt iemand vlug en schuw dicht langs de muren. Bij de bakker moet ik ‘achterom' naar de bakkerij. Want bij de voordeur ligt de ruit eruit.
Als ik thuis kom, zie ik al dat er vlakbij een granaat neergekomen is. Buren verderop zijn glasscherven aan het bijeenvegen. Bij ons is boven een ruit uit het raam. De trap opgeklommen zie ik dat een granaatscherf door de keukenkastdeur en de achterwand in de muur is gevlogen. Vader gaat provisorisch een stuk karton voor de kapotte ruit slaan. Hij zal op zoek gaan naar een geschikt stuk triplex.

Spookstad
Vader is naar opa in de Loodsstraat geweest. Wij kunnen daar intrekken; de schuilkelder is er groot genoeg voor 10 à 12 personen. Onze bovenwoning zonder kelder is te gevaarlijk geworden. Steeds meer mensen brengen dag en nacht door in de kelder. Er vallen de hele dag door op willekeurige momenten granaten. Gennep begint een spookstad te worden met mensen die gejaagd en schichtig elkaar voorbij lopen. Soms roepen ze iets tegen elkaar, maar een praatje maken is er niet meer bij.

Uitvaart
Ik hoor een luguber verhaal. Oma C. is gestorven en moet begraven worden. Een uitvaartmis wordt met het oog op kanonvuur niet meer gehouden. De kerktoren als uitkijkpost van de Duitsers wordt steeds weer beschoten. Er zijn al granaten op het kerkhof ingeslagen. En ook bij het sanatorium. En ook op de Genneper Molen achter het kerkhof kwamen er neer. Doodsgraver W. heeft haastig een graf gedolven. Kapelaan H. en enkele naaste familieleden trotseren de kans op geschutvuur en lopen achter de baar met de doodskist naar het verse graf. Op dat moment suist de eerste granaat omlaag. De baar in de steek latend vluchten allen in de kelder van de pastorie. In afwachting van het einde van de kanonnade. Een half uur later wagen ze zich weer bovengronds naar het kerkhof. De baar met het lijk staat nog geduldig te wachten. Na een kort gebed zakt de kist in de groeve. Geen bidprentje, geen koffietafel. (Het prentje kwam na de evacuatie…)

Rioolbuis
Vader en ik gaan op weg naar Heijen om wat voedsel en een paar eieren op de kop te tikken. We zijn op ons hoede als we bij de moutfabriek komen. Daar wordt van over de Maas op geschoten. De Duitsers hebben een uitkijkpost op het dak. En ja, of de duivel er mee speelt. Er giert een granaat tientallen meters verder bij een huis op de Willem Boyeweg. We duiken in een van de grote cementen rioolringen die op de losplaats van het spoor staan. Met bonzend hart wacht ik op het volgende projectiel. We konden zo gauw nergens anders heen. Met een daverende klap slaat de volgende granaat in. Die is dichterbij. Met pijn in de buik van angst wacht ik op de volgende kanonskogel. Ik kruip ineen als die komt aangieren. Nog dichterbij. De metershoge ring schudt heen en weer. We wachten gelaten op de vierde… Maar die komt niet. Enkele minuten later kruipen we uit de ring. Vijf, zes ringen verder is er een aan diggelen. Jezus, Maria en Jozef! We hebben geluk gehad. Op een draf rennen we de Heijenseweg op

spoorwegovergang met links de moutfabriek. Blik richting de Maas en de geallieerden achter de door de duitsers opgeblazen Maasbrug

Gennep frontstad (deel 3)

Vooraf
In de vorige twee afleveringen haalde ik als 89jarige enkele herinneringen op over de toestand in Gennep tijdens de oktoberweken 1944. Alsook ervaringen van mij tijdens de wrede oorlog gedurende die periode. En ten slotte met het gedwongen vertrek uit de frontstad Gennep.

Moutfabriek
Vrijdag de 13e! Zwaar beschadigde huizen op de Heijenseweg worden door de bewoners verlaten. Ze trekken bij familie en vrienden in. Of vinden onderdak in de moutfabriek ‘Aurora'. Uit hun huiskelders nemen ze alle weckflessen mee (voedsel!). Sommigen trekken de ringen van de weckglazen los en gooien de inhoud op straat. Dan hebben de zoekende Duitse soldaten er ook niets aan. Er zitten al mensen in de onderste kelders van de fabriek. Door die dikke betonnen deklagen komt geen granaat binnen. Een Duitse officier is komen kijken; hij vond het goed.

Jan Schaffers in een schuilkelder in aanbouw aan de Heijenseweg

Riek Rossenboom en Hein Achterberg voor een schuilkelder bij de Heijenseweg, die al klaar is.

Appelmoes
Zaterdag 14 oktober komen mensen uit Heijen, Afferden en Bergen over de Heijenseweg Gennep binnenlopen. De Duitse commandant heeft bevolen dat hun woningen ontruimd moeten worden. De vluchtelingen hebben wat spullen in kinderwagens en bolderkarren geladen. Ze vinden onderdak in het klooster van de Paters van de H. Geest en her en der in Gennep. Bij ons is de laatste zelf gekarnde boter haast opgebruikt. Moeder heeft er iets op gevonden. Ze smeert appelmoes op het brood. Ik vind de appelmoes van rode ster appelen best smaken. 's Middags hebben we gebakken aardappelen van de laatste boter met een ei gehad. De appelmoes was daar lekker bij.

Kermis
15 oktober 1944. Vandaag is het kermiszondag. Maar geen kermisattracties, wel kans op granaten uit Plasmolen of Oeffelt. De straten zijn akelig leeg. Op de Markt geen mallemolen maar twee gecamoufleerde Duitse legerauto's. Geen vertrouwde danstenten bij café Bouman en Goossens De Stadsherberg. Nee, puin op de straat, kapotte panlatten als een houten geraamte zonder pannen, bijeen geveegde glasscherven onder dichtgeplankte ramen. Op de tramrails liggen kapotte dakpannen, de tram rijdt al weken niet meer. De ene, niet geroofde klok in de Martinustoren luidt niet meer voor de Mis. Het klokkentouw is verdwenen.

Markt Gennep: helemaal links het pand van de familie Andriesse die in 1943 in Sobibor vermoord is, dan het huis van smit Voss en dan de slagerij van Noij. (rechts daarvan het verwoeste hotel de Kroon)

Bericht
Ik ga als iedere zondag naar de Kindermis van half 9. Het is stil aan de overkant van de Maas. De Engelse kanonniers mogen blijkbaar uitslapen. Aan de kerkdeur staat een Duitse militair, hij moet de Deken spreken. Het wordt tien over half negen en er komt nog steeds geen priester uit de sacristie. Om kwart voor 9 verschijnt de Deken. Hij loopt daar in zijn gewone zwarte toog. Hij klimt de preekstoel op en leest half huilend een bericht voor van de Duitse instanties. Gennep moet vandaag onmiddellijk ontruimd worden.
Groot geroezemoes en hardop gepraat in de anders zo stille kerk. Moeders komen zoon of dochter halen in de halfvolle kinderkapel. De kerk stroomt leeg. Ik hol naar de Loodsstraat om de boodschap te vertellen.

Evacueren
Moeder slaat van schrik de hand voor de mond. Vader zegt: “Om tien uur zullen we wel meer horen”. Om half 11 is hij alweer terug. Ja, we moeten weg. Vandaag de Maaskant en morgen de Nierskant van Gennep. Verzamelen bij bakker Thijssen aan het begin van de Picardie. Wij moeten naar Goch, en dan verder. Je mag meenemen wat je dragen kunt. Wij hier in de Loodsstraat zijn dus morgen aan de beurt. Wie na morgen zonder Ausweis in Gennep wordt aangetroffen wordt ter plekke dood geschoten. En velen zuchtten: Waar blijven de Tommies nou? En dan te weten: de Engelsen op 5 km van ons!

Overkant
Er hebben zich maar 17 gezinnen gemeld om te vertrekken. De commandant is furieus. Hij stuurt een groep soldaten naar de Maaskant om de huizen en kelders te doorzoeken. Wie daar nog aangetroffen wordt, moet zonder pakgelegenheid direct mee naar het verzamelpunt. De meeste ‘Maaskanters' zijn die nacht echter verhuisd naar de Nierskant. Want veronderstel dat die nacht de Tommies alsnog komen…

RAF luchtfoto eind 1944. Het gedeelte ten westen van de Zandstraat en Spoorstraat werd "Maaskant" genoemd (op de foto de onderzijde van de foto). Goed te zien is de verwoeste papierfabriek.

Gennep frontstad (deel 4)

Vooraf
De eerste groep Gennepenaren moest op 15 oktober 1944 Gennep verlaten. Daags daarna volgde de rest, waaronder ons gezin het evacuatiebevel op. De trektocht duurde voor sommigen enkele dagen, voor de meerderheid tot twee weken. De ‘reis' eindigde op tientallen plaatsen in Oost-, Noord- en West Nederland. Altijd in Duits bezet Nederland. Voor hen kwam de bevrijding dus pas in april, mei 1945. Het verhaal van de exodus, het verblijf in den vreemde staat opgetekend in vele dagboeken van ‘overlevenden'.

Uittocht
Het is gek dat er geen granaten vallen! Zou er contact met de Engelsen geweest zijn over de evacuatie? Die zondagmiddag lopen de eerste Gennepenaren in groepen, begeleid door solgaten met geweer aan de schouder, door de Looi richting Duitse grens. Ik zie vanaf het Gennapium de drommen mensen door de Picardie de Looi intrekken. Mensen met een kinderwagen, een wandelwagentje voortsjokken. Achter aan in de stoet loopt een man met een bolderkar, een moeder met een kind aan de hand. Ik hoor geen geluid, het is een stille tocht van verslagen mensen die alleen weten: we moeten naar Goch. En dan? Ineens besef ik: wij zijn morgen aan de beurt. Kuilen
Als ik weer in de Loodsstraat kom, zie ik vader achter de kippenren bij de haag aan het graven. Hij is een tweede kuil aan het uitdiepen. Naast de kuilen staan de was- en de weckketel. Die zijn volgestopt met dingen die vader en moeder waardevol vinden, die niet weggehaald mogen worden. De ketels verdwijnen in de grond. Op de vers dichtgegooide kuilen gooit hij aardappelloof op een hoop en konijnenmest. Hier zal niemand iets zoeken. (Van metaaldetectors hebben we nog nooit gehoord.)

Vertrek
Maandag 16 oktober zijn we vroeg op. Mijn zusje en ik moeten een dubbel stel ondergoed aan. Moeder heeft extra kleren in een zak gestopt. Die komt tussen het frame van de damesfiets (zonder banden) te liggen. In twee tassen heeft ze etenswaar gedaan. Die komen aan het stuur te hangen. We eten nog flink, want wie weet wanneer we weer iets krijgen. Dor het keukenraam zie ik onze kippen scharrelen naast het huis; vader heeft het kippenhok open gezet. Het hok van de drie konijnen staat ook open. De overgebleven volle weckglazen en de kalkeieren in de kelder zijn voor wie er na ons zin in heeft. Ik weet niet waarom, maar het schilderijtje van mijn eerste H. Communie heb ik onder het bed gelegd. Tegen twaalf uur gaan we gepakt en gezakt de deur uit. Het keukenfornuis brandt nog, de fluitketel staat er nog op. Vader trekt de deur achter zich dicht. Op slot doen heeft geen zin. Wie binnen wil, komt er toch wel in. We kijken niet meer om…
Deze foto is genomen te Siebengewald tijdens de evacuatie in oktober 1944. De man bij het hoofd van t paard is Hen Jaspers (Welle Hen). (grootvader van Henk Jaspers). De vrouw op de kar met deken om zich heen is Door Jaspers-Derks. Nog net zichtbaar, links op de kar, is het kopje van de oudste dochter Roos.

Op weg
Aan het begin van de Picardie zet de colonne zich in beweging. Ik zie een huis waar het halve dak er af ligt. Raar, dat er nu niet geschoten wordt van over de Maas. Links bij Breed loopt een varken los door de tuin te wroeten. Verderop aan de rechterkant kijk je over de ‘zandberg' op het Gennapium met hier en daar planken voor de ramen. Hier op de zandberg hebben we in het begin van de grote vakantie nog gevoetbald tegen de Balkan. Met onze jassen als doelpalen. Na het laatste huis links van Hèn Noij lopen we langs de bramenstruiken, waar we ‘brombèère' plukten. Dan gaan we de Looi in met ginds over de heuvels Hèn Wiekers en ‘Jan van Piet van Moetje'. We zijn Gennep uit. Hier begint de gemeente Ottersum. Die hoeven niet weg. Nog niet…

bovenstaande afbeeldingen zijn uit de film die door Jetten gemaakt is van de vertrekkende Gennepenaren

Nawoord
In de officiële Nederlandse oorlogsliteratuur vinden we de gedwongen evacuatie van het topje van Noord-Limburg nergens vermeld, laat staan beschreven. Medio oktober 1944 sloot de Duitse Wehrmacht het stadje Gennep hermetisch af van de buitenwereld. Met wachtposten bij de invalswegen: einde Picardie, Heijenseweg en op de Niersbrug. In het afgesloten Gennep bleven enkele honderden burgers achter in de sanatoria ‘Maria Oord' (in de Doelen) en ‘Zonlichtheide' (Heijenseweg). Voor de bedlegerige tbc-patiënten had de Duitse Wehrmacht geen vervoer. Het verzorgend- en onderhoudspersoneel mocht ook in de gebouwen blijven. Hun verblijf in frontstad Gennep duurde onder vaak erbarmelijke omstandigheden tot Kerstmis 1944. Ook hun deerniswekkend verblijf in een steeds verder kapot geschoten Gennep is in oorlogsdocumentatie onvindbaar.

Lees ook:
W.S. van Dinter: Gemeente Gennep in de Wereldbrand. Gennep 1995
idem : Klooster en sanatoria in Gennep. Gennep 2000