Persoonlijke herinneringen aan september 1944

Wiel van Dinter moet toen een jaar of 14 geweest zijn, in 1944, het jaar van de geallieerde invasie in Normandie, de opmars naar onze streken en hoe Gennep in september 1944 ineens frontstad werd. Hij vertelt erover en begint dan natuurlijk bij D-Day, 6 juni 1944.

Normandië
Toen de geallieerde troepenlandingen in Normandië (6 juni 1944) hier bekend werden, wist men in Gennep dat de oorlog binnen afzienbare tijd ten einde zou zijn. Rusland trok in het oosten richting Berlijn, de geallieerden zouden haast maken in het westen. De optimist wist het zeker: Kerstmis 1944 vierden we weer als vrije Nederlanders. De oorlog aan den lijve voelen, daar dacht hier alleen een pessimist aan…

Voortuitgang
De Duitse Nachrichten spraken de volgende weken van heldhaftige gevechten en consolidaties. Maar de oplettende Gennepenaren wezen er elkaar op dat de strijd om grote steden zich steeds verder terug naar het oosten afspeelde. En men keek elkaar veelbetekenend aan. De ‘mof' verloor steeds meer terrein. En Duits gezinde Gennepenaren werden van week tot week nerveuzer.

De opmars in Frankrijk gaat echter niet vlot. De geallieerden hebben geen Franse zeehaven in bezit. En het zware materieel kan niet via het Normandische strand aangevoerd worden. Zo verstrijken er weken, stabiliseert men de stellingen en duurt het langer dan gepland eer de Frans-Belgische grens bereikt wordt. In Gennep heeft men in de gaten dat de ‘Tommie' het Duitse leger met Kerstmis niet op de knieën heeft.

Vliegtuigen
In augustus krijgt Gennep het gevoel dat de ‘echte' oorlog dichterbij komt. De mannen hebben de bladeren van de tabaksplanten -hun eigen teelt- in de bakoven van het fornuis gedroogd, gefermenteerd en tot tabak gesneden. Overdag gaan tientallen zilveren stipjes door de lucht in oostelijke richting. 's Nachts worden Gennepenaren wakker van het dof gedreun van de eskaders overvliegende bommenwerpers op weg naar hun doelen in nazi-Duitsland. Soms daar tussendoor het geblaf van afweergeschut, wanneer de priemende vingers van de zoeklichten een vliegtuig als hun prooi hebben gevangen.

Bruinhemden
De Duitse soldaten worden zenuwachtiger en brutaler. In het stadje verschijnen nieuwe figuren in bruine uniformhemden, de NSDAP'ers, die een waar schrikbewind uitvoeren. Ze dulden geen tegenspraak, zijn op zoek naar (jonge)mannen voor de Arbeitseinsatz in Duitsland en voeren zonder meer Gennepenaren gevangen weg. Er wordt een avondklok ingesteld: wie zonder vergunning tussen 20.00 en 4.00 uur buiten is wordt eingesperrt. De inwoners ondervinden nu wat een razzia is: de bruinhemden dringen als machtswellustelingen bits commanderend de huizen binnen op zoek naar mannen, die dwangarbeid moeten gaan verrichten.

Westwall
Aan het oostelijk en westelijk front lijdt de Wehrmacht zware verliezen die bij gebrek aan reservetroepen en materieel niet meer aan te vullen zijn. Primair staat nu voor de Duitse bezetter in opdracht van de Führer de verdedigingslinie Westwall . Deze frontlinie moet de geallieerde opmars tegenhouden. Met totale inzet van mannen en vrouwen moet die linie onneembaar worden. Alle valide Gennepse mannen -en later ook vrouwen- moeten zich bij Hotel Van Bergen verzamelen. Ze worden onder begeleiding van oorloginvalide Duitsers naar de Maasoever gebracht om daar loopgraven en schuttersputjes te maken.

burgemeester van Banning in het officiële Limburgse burgemeesters-tenue

Van Banning
Wanneer het getal ‘vrijwillige' spitters in Gennep duidelijk onder het geschatte aantal blijft, melden enkele Duitse officieren zich 11 september 1944 op het Gennepse stadhuis en eisen van burgemeester Van Banning de boeken van het Bevolkingsregister. Als Van Banning bedenktijd vraagt om dit eerst met de gemeenteraad te overleggen wordt hij wegens tegenwerking op staande voet gearresteerd en in een militaire auto afgevoerd naar Kessel, waar hij aan een tankgracht te werk wordt gesteld. Met een list weet de ondergrondse hem in Goch uit de gevangenis te bevrijden en hem bij Vierlingsbeek over de Maas te roeien in het Brabantse. Zijn vrouw en kinderen op de Heijenseweg hebben uit voorzorg Gennep dan al verlaten en zijn naar IJsselstein vertrokken.

Beschieting

Half september hebben de schoolkinderen nog steeds vakantie. De scholen zijn ‘gevorderd' voor soldaten en krijgsgevangen die aan de Westwall moeten werken. De oorlog gebeurt voor Gennep in de lucht. Engelse jachtvliegtuigen speuren naar militaire doelen en nemen die onder vuur. De Maasbuurttram Nijmegen-Venlo heeft een nooddienstregeling en ontsnapt ook niet aan vliegtuigkogels: één dode en gewonden in Mook. Opgroeiende jongelui zien ademloos toe hoe de Hurricanes boven de Maaskemp een schip in de Maas in duikvlucht beschieten. Als de lucht veilig is, rennen ze de weien in op zoek naar de lege hulzen uit het toestel.

Ingelijfd

Gennep en de regio raken steeds verder van de buitenwereld afgesneden zonder krant en telefoon. Winkels raken door hun voorraad heen, bevoorrading is er niet meer. Via een enkele verborgen radio komen berichten door dat de Engelsen de Zuid-Limburgse en Brabantse grens vanuit België bereikt hebben. Hier in Noord-Limburg wordt het juk van de Duitse bezetter als maar zwaarder en het optreden steeds harder. En wat Gennep niet weet: het gebied oostelijk van de Maas van Mook tot Roermond is ingelijfd bij Duitsland en krijgt de wet voorgeschreven door een Gauleiter in Düsseldorf. De Duitse oorlogswetten gelden dus hier voortaan. Gennep krijgt een Ortskommandant, een officier die het Duitse gezag als ‘burgemeester' vertegenwoordigt. Hij neemt zijn intrek in de Emmastraat.

de MaasBuurt Tram gaat de hoek om Markt-Niersstraat

MBS

De Maas Buurtspoorweg probeert met een nooddienstregeling de tram nog te laten rijden, al komt men zuidelijk van Gennep niet verder meer dan Wellerlooi. Drie keer per dag wordt het traject Nijmegen-Gennep gereden. Gennep-Wellerlooi eveneens drie keer. De haltetijden zijn bij benadering, want de machinist houdt het luchtruim in de gaten en rijdt als de lucht ‘schoon' is. Directeur Schaffers kan niet vermoeden dat binnen tien dagen de laatste tram gereden zal hebben.

In de lucht
In de week van de 10 de september is het veel drukker in de lucht dan anders. Er vallen bommen rond en in het Rijkswald. Jachtvliegtuigen schieten op alles wat militair aandoet. Op zondag 17 september is er om 6.00 uur een ‘stille Mis' voor de spitters aan de Westwall. Om 8.00 uur zie ik uit het raam van onze bovenwoning hoek Maasstraat-Markt alle mannen en vrouwen naar hun werkplek aan beide Maasoevers vetrekken. Ik maak de schuifraam open, hang naar buiten en kijk omhoog naar de lucht. Het wordt daar steeds drukker. Ik hoor in de verte bommen vallen en mitrailleurvuur. Er hangt een bijna voelbare spanning in de lucht. Ik laat het raam open staan, als moeder voor het ontbijt roept.

Uit de lucht
Na tienen loop ik terug naar het raam, want ik hoor een sterker wordend dof gedreun. Ik steun uit het raam en zie tientallen viermotorige vliegtuigen aankomen. Ze vliegen over, en even later begint een aanhoudende reeks ontploffingen richting Groesbeek en in het Rijkswald. De wordt het onwezenlijk stil. Ik loop de straat op. Ik tref Theo. We zijn het eens: deze bommen waren veel erger dan gisteren en eergisteren. Opnieuw geronk uit het westen. Een aanzwellend donderend geluid van een groep tweemotorige toestellen.
Zo laag heb ik ze nog nooit gezien. Van het lawaai trillen de ruiten in de sponningen en het hele huis trilt. We rennen de Markt op en zien Jeu schuin naar boven kijkend de Niersstraat in hollen. Wij sprinten hem achterna ook richting Niersbrug. Daar heb je vrij uitzicht. Er staan een paar mannen op het dak van de Genneper Molen en die wijzen naar het noorden. Wij zien daar ver in de lucht dat de vliegtuigen pamfletten uitgooien. “Nee”, roepen de mannen daarboven, “het zijn parachutisten!”

Gliders
“Nondeju”, roept Jeu, en hij wijst omhoog achter zich. Mijn mond valt open. Daar komen toestellen aangevlogen die een ander kleiner vliegtuig achter zich aan trekken. Een vliegtuig zonder motorgeluid, een zweefvliegtuig. (Het woord glider zullen we later leren.) Ongelooflijk, dat kan toch niet! Er komt een Duitse soldaat aanrennen, die over de brug stil staat, zijn geweer op zo'n glider richt en al vloekend het magazijn van het wapen leegschiet. Dit is echt anders dan het schieten op de kermis… Het donderend motorgeronk sterft langzaam weg, de luchtvloot is voorbij. Hier wordt het akelig stil. De mensen komen van het dak en zeggen dat ze de zwevers omlaag hebben zien afzakken. In de verte horen we een dof geluid van ontploffingen. In de Niersstraat staan mensen in groepjes druk met elkaar te praten. De Tommies zijn achter de Plasmolen geland. Ik loop naar huis. Ik krijg van mijn moeder op mijn kop. Het is al vier uur, ik ben het eten vergeten…

Op de foto links een luchtopname van gelande gliders tussen Plasmolen en Groesbeek. Daaronder een detail van die foto

gliders op de Langehorst

Fiets
Plotseling wordt het drukker op straat. Duitse soldaten komen Hotel De Kroon uitgerend, springen op de Markt in een auto en rijden vol gas de Zandstraat door. NSDAO'ers hollen luid schreeuwend tegen elkaar richting H.-Hartbeeld. Daar wordt bij ons op de deur gebonsd. Vader maakt open. Een Duitser met revolver in de hand staat in de deuropening. “ Fahrrad, schnell”, snauwt hij. En als vader wil tegenspreken richt hij het wapen op hem... Even later spurt hij op vaders fiets weg.

 

Moeder staat lijkbleek te huilen en mijn zusje schreit mee. “Hij had je kunnen doodschieten”. Stomgeslagen sta ik naar dit tafereel te kijken. Dit is de eerste keer in mijn veertien jaar dat ik mijn moeder zie huilen. Het Duitse leger slaat in paniek op de vlucht…

Maasbrug
Een Gennepenaar die op familiebezoek op de Milsbeek was, komt maandagmorgen naar Gennep gelopen gelopen en zegt dat er in Plasmolen en op de heuvels blijkbaar hevig gevochten wordt. Hij heeft geen Engelsman gezien. Dan trilt plots heel Gennep van een geweldige knal. Al spoedig gaat het verhaal rond dat de Duitsers de spoorbrug opgeblazen hebben. Wat in 1940 niet gebeurde, is nu wel een feit Nu kun je alleen nog met een roeibootje de Maas over. Als je tenminste niet uit de boot geschoten wordt.

Op de vlucht
Later die dag hoor ik het verhaal van Gerda tegenover ons. Ze had met andere vouwen en meisjes op zondag moeten gaan graven aan de Oeffeltse kant van de Maas. Ze hadden meer in de lucht gekeken dan gegraven. Toen de zwermen bommenwerpers overkwamen en er bommen vielen, was iedereen, inclusief de Duitsers, gaan lopen. De soldaten waren terug geroeid en hadden hen in de steek gelaten. Zij waren de spoordijk opgekropen en over de smalle loopplanken van de spoorbrug terug naar Gennep gehold. De moffen waren weg, nu hoefden ze morgen gelukkig niet te graven. En de Tommies konden zo Gennep binnenlopen!

Goede hoop
Ik loop weer naar de Niersbrug. Er komen groepjes mensen aangelopen. Het zijn spitters die in Middelaar aan de Maas hebben moeten graven. De Duitse begeleiders hebben de benen genomen. En zij zijn door de Bloemenstraat terug gelopen naar Gennep. Volgens hen zijn de Tommies in de buurt van Groesbeek geland. Er wordt in de Plasmolense bossen flink geschoten. De Engelsen komen dus deze kant op en kunnen morgenvroeg hier in Gennep zijn. De Duitsers zijn allemaal richting Grunewald en Hommersum verdwenen. Het wordt langzaam schemerig. Het is stil in Gennep. Er hangt een sfeer van hoopvolle verwachting. Mensen lopen van het ene huis naar het andere, de avondklok lijkt niet meer te gelden. In de elektrowinkel van K. is niemand meer thuis.

Landing
Die nacht van zondag op maandag heeft Gennep niet veel geslapen. Vandaag zal het gebeuren. De geruchtenstroom komt op gang. De Engelsen zitten al op de Milsbeek. Maar dat wordt even later weer bestreden. Wel wordt het steeds drukker in de lucht met jagers. Een paar minuten later in de verte een zwaar geronk als gisteren. In groepen komen ze weer aanvliegen: tientallen transportvliegtuigen met een zwever erachter. Allemaal richting Groesbeek. Mensen op de Genneper Molen zien plotseling een groep naar rechts zwenken en de zwevers los laten. ”Die komen in ‘t Ven omlaag!”, schreeuwen ze. “Ja, het is achter de Roepaan!”

Gidsen
Zo krijgt de Operatie ‘Market Garden' haar eerste vergissing. De navigator heeft zich op de Vense korenmolen i.p.v. de Groesbeekse georiënteerd. De zweefvliegtuigen komen op een paar na veilig aan de grond. Drie doden worden bij een boerderij begraven, enkele gewonden blijven in Ven-Zelderheide achter. Omdat het Duitse leger niet te bekennen is, wordt de groep bemanningsleden door twee gidsen in de nacht van maandag op dinsdag naar de Zwarteweg gebracht en vandaar de weg omhoog richting Knapheide, het landingsterrein van de paratroepers.

Tommie
Woensdag lopen en rijden er opnieuw militairen door de Zandstraat. Nee, geen Engelse; de Duitsers zijn weer terug. Een bittere teleurstelling. De bevrijders komen (nog) niet. Met een daverende knal gaat weer een brugdeel de lucht in.
Wij jongens zwerven door het centrum. We zien gehelmde Duitse soldaten gewapend achter elkaar de Nijmeegseweg oplopen richting Milsbeek. Een half uur later horen we knetterend geweervuur en doffe ploffen. Dat moet bij Plasmolen zijn. Tegen zessen stapt een soldaat uit een legerwagen. De eerste Engelsman! Maar met een bebloed verband om zijn hoofd. Hij wordt het Norbertusgesticht binnen gebracht. Naar het ziekenzaaltje waarschijnlijk, waar jaren geleden mijn amandelen zijn gepeld. De eerste Tommie in Gennep is… een krijgsgevangene.

Tank
Bakker Bernards in de Hei heeft al heel vroeg vers brood. In de gesprekken van klanten die woensdagochtend klinkt grote teleurstelling: de Tommie komt niet. De Duitsers aan de Plasmolen zijn te sterk. ‘Ze' zeggen dat er rond de St.-Jansberg hevig gevochten wordt. Iemand is op de Veerweg vlak bij de Maas door de soldaten terug gestuurd. Hij meende in de weien bij het veerhuis een Engelse tank te hebben gezien. De Brabantse kant van de Maas is dus bevrijd. Zo dichtbij, zo ver af de bevrijding! Een klant zegt dat ze een zus van haar uit Cuijk zondag op de verjaardag had en dat die nu niet meer terug kan naar huis. Een nieuwe groep Wehrmacht soldaten loopt in een lange rij over het fietspad langs de Nijmeegseweg naar het front bij de Plasmolense heuvels.

engelse tank die tot staan is gebracht in de Plasmolen

TBC-sanatorium Mariaoord met op de achtergrond de Martinuskerk

Granaten
Die middag is de oorlog echt in Gennep zelf. De eerste granaten vallen uit de lucht en ontploffen bij het sanatorium ‘Maria Oord' in de Doelen. Drie pleegzusters raken gewond door rondvliegende scherven. Schieten tanks van de Brabantse Maaskant op de uitkijkpost in de naast liggende Martinustoren? Lichte paniek onder de tbc-patiënten in de lighallen. Waar blijven de patiënten als dit vaker gebeurt? De Duitse militairen plaatsen een kanonstelling bij het sanatorium, want de Engelsen zullen de patiënten wel ontzien. De directie dient een protest in bij de Ortskommandant. Die zegt: Het is oorlog.

Vluchtelingen
Vrijdag komt er een kleine karavaan vluchtelingen met een witte vlag voorop vanaf de Drie Kronen over de Niersbrug Gennep binnen. In de stoet Tietske Daan-Stiemens met haar jongste kind aan haar hand. De dochter van dokter Stiemens woont in de molen op de heuvel langs de Rijksweg in Plasmolen. Tijdens de hevige gevechten rond de molen zijn ze naar een boerderij op de St.-Jansberg gevlucht. Daar hebben ze enkele dagen in de schuilkelder gezeten. Toen werden ze er door de Duitsers uitgejaagd, omdat die er gewonden in wilden herbergen. Ze zijn door de frontlinie met andere vluchtelingen richting Gennep gelopen en daar nu heelhuids aangekomen. Ze worden her en der ondergebracht. De hoogzwangere Tietske en kinderen vinden liefdevol onderdak bij haar ouders.

Comsternatie
Er lopen en rijden weer volop Duitse militairen door Gennep. En…het graven begint weer! Soldaten dringen huizen binnen, halen er mannen naar buiten die moeten gaan werken aan de Westwall. Zondag 24 september is er na de Hoogmis bij het naar buiten gaan grote consternatie onder de kerkgangers. Bij de kerkdeur staan S.A. soldaten, die mannen uit de kerkgangers plukken om te gaan spitten. Er verschuilen zich mannen in de biechtstoelen om te wachten tot de kust veilig is. De kapelaan heeft ze later via de sacristie naar buiten geloodst.

mannen van Kampfgruppe Hermann op de Nijmeegseweg. Kampfgruppe Hermann is op zondag 17 september in allerijl vanuit Keulen met de trein naar Gennep en dan te voet verder gestuurd

september 1944. Riek Roosenboom en Hein Achterberg in/bij een schuilkelder langs de Heijenseweg

Schuilkelder
Die laatste zondag van september worden er overal in Gennep plannen gesmeed om de huiskelders die ervoor geschikt zijn, gereed te maken als slaapplaats voor de nacht en eventueel te schuilen overdag. En ook op andere plekken worden schuilkelders gemaakt. Er zijn weer granaten gevallen in Gennep. En het is langzamerhand duidelijk aan het worden: de Tommie komt niet. Hij zit over de Maas en in Groesbeek, Mook en Plasmolen. Gennep en de rest van het kopje van Limburg zijn de klos. De frontlinie lijkt bevroren. Van Market Garden heeft bijna iedereen in Gennep nooit gehoord. Pas jaren later zal ik te weten komen waarom het front hier nu stil ligt, terwijl de geallieerden een paar dagen geleden zo hadden kunnen doortrekken. En Arnhem lag oneindig ver weg van Gennep. Onze dagelijkse taal wordt uitgebreid met een nieuw woord: schuilkelder.

Telefoon
Nog geen handvol mensen wist het: districtshoofd P. van de PLM in Gennep had een dienstlijn, los van het openbaar telefoonnet. Daarmee kon hij spreken met het reeds bevrijde Mook. Hij kon dus onafgeluisterd bellen met zijn collega aldaar. De verzetsbeweging in Gennep maakte van die lijn gebruik om Duitse troepbewegingen en posities in de regio Gennep door te geven. De geallieerde legerleiding maakte handig gebruik van die informatie.

De Drie Kronen
Engelse Typhoons wisten maandag 25 september dus precies het doel voor hun raketaanval bij De Drie Kronen. Zij troffen het commandokwartier in het landhuis ‘Holy Lodge' en twee boerenschuren vol munitie. Afkomend op het lawaai van de ontploffende munitie, die als vuurwerk sporen in de lucht trok, stonden wij jongens ademloos te kijken hoe bij De Drie Kronen de hel losgebarsten was. Bij Pisters werd gevloekt. Want de raketaanval had ook de dienstlijn getroffen en contact met het bevrijde Mook onherstelbaar verbroken. Ik heb nooit geweten hoeveel militairen bij die aanval omkwamen.
hotel de Kroon gebombardeerd
Gennep in nood
Daags daarna, dinsdag de 26 ste , was ik met moeder en mijn zusje alleen thuis. Ik leunde als zo vaak uit het geopende schuifraam naar de lucht te kijken. Drie, vier vliegtuigen met dubbele staarten (Lightnings) cirkelden boven Gennep. Een ongerust gevoel bekroop me. Zo deden ze dat boven de Maaskemp ook, als ze een boot gingen beschieten. Ineens dook een van de toestellen schuin naar beneden.
Ik vloog naar binnen en riep: “Vlug, de kelder in”! Wij hadden met de benedenbuurman -melkboer en caféhouder S.- de afspraak, dat bij alarm wij via een tussendeur bij hen de trap af in de bierkelder konden schuilen. Gejank van een optrekkend vliegtuig en een oorverdovende klap. Het hele huis schudde en trilde. Mijn zusje, die halverwege de trap was, buitelde van schrik naar beneden. Mijn moeder sleurde haar mee de kelder in. Een volgend motorgehuil met meteen daarop weer een daverende dreun. Ineengedoken zag ik de gewelfmuren ban de kelder bewegen. Nog drie, vier schokken, het leek een eeuwigheid te duren.

Kapelaan
Ineens was het stil. Versuft zaten we elkaar stom en roerloos aan te staren. Mijn zusje huilde zachtjes, tegen moeder aangekropen. Dan hoorden we iemand hollen in de gang en ging de kelderdeur open. “Alles goed hier?” Een toog vol stof, de kapelaan. “Gennep is gebombardeerd”. En weg was hij. Ik liep naar buiten en keek de Markt op. Jee, hotel De Kroon lag half in elkaar. Soldaten renden in en uit het steegje naast het hotel. Daarachter was hun veldkeuken. De militaire vrachtwagens op de Markt waren onbeschadigd. De protestantse kerk had een voltreffer gehad, het domineeshuis zwaar beschadigd.

Opnieuw
Ik liep de Zandstraat in waar een groepje mensen stond te kijken. Het huis naast dat van de Ortsgruppenführer K. had een voltreffer gekregen. De voorgevel was grotendeels wegeslagen. De zieke mevrouw H. was in bed gedood. Het bed hing half naar buiten. Bij de stadspomp lag nog een zilverachtige granaat, een blindganger.
links de NH kerk met een gat in het dak. Het huis daarnaast zwaar beschadigd. Links van de NH kerk is net nog het ziekenhuis te zien waar een groot rood kruis op het dak geschilderd is. (wat niet veel hielp)

Die namiddag volgde nog een raketaanval op de werkplaats van de MBS en de Papierfabriek. De werkplaats werd vernield, de monteur K. die niet op lunchpauze was gegaan, kwam om het leven. De fabriek brandde geheel uit. 's Avonds tegen tienen vielen er (per vergissing?) nog bommen bij de brandende fabriek, die vooral huizen in de Emmastraat raakten en daar slachroffers maakten.

Noot: Op de foto rechts zien we de heer Schaffers, directeur van de MBS de schade opnemen van de rampzalige luchtaanval van de geallieerden op de werkplaats van de MBS. Willem Keijsers, werd daarbij dodelijk getroffen. De foto is afkomstig van zijn zoon Fons, die verder vertelt: " Willem Keijsers, mijn vader, was een van de slachtoffers van die rampzalige 26e september 1944, toen geallieerde vliegtuigen aanvielen. We laten Fons verder aan het woord:"directeur Schaffers bekijkt hier de schade na een aanval van geallieerde typhoons op de mbs-werkplaats . Mijn vader was met een paar collega's niet met lunchpauze gegaan om nog gauw wat kostbare spullen in de smeerput te verbergen voordat de moffen ermee vandoor konden gaan. Deze rampzalige beslissing heeft hij helaas met de dood moeten bekopen. Hij was toen 37, mijn moeder bleef achter met 3 kinderen en was in verwachting van mijn zus die op een evacuatieadres in Leek (Groningen) is geboren (jan.1945)". Kunt u het zich voorstellen? 3 kinderen, in verwachting van de 4e, man en vader door een geallieerd bombardement kwijtraken en moeten begraven en dan 3 weken later ook nog Gennep (en het graf) moeten verlaten voor de evacuatie naar het verre Friesland, een zwangere moeder met 3 kleine kinderen en de 4e op komst "

Kelders
Vanaf deze dinsdag worden er overal matrassen naar de kelder gesleept en kunnen mensen bij buren of familie met een grotere kelder intrekken. Er ontstaat een ongekende saamhorigheid. Ik moet 's morgens vroeg brood halen omdat vader zich niet op straat durft te vertonen (graven!).
Er worden spoorbielzen op het spooremplacement gehaald om het dak van een grote gegraven schuilkelder in de tuin te verstevigen. Duits en Engels kanonvuur gaat nu heen en weer. Granaten komen fluitend aansuizen en slaan vernietigend in.

Willekeur
De Brabantse kant van de Maas is blijkbaar bevrijd. Want er komen regelmatig tanks aan de Maasoever. De Engelsen en Amerikanen vuren lukraak op Gennep. De granaten komen immers op willekeurige plaatsen neer en verwoesten burgerwoningen. Alleen de kerktoren en de moutfabriek blijken gerichte doelen voor de kanonniers over de Maas.

Frontstad
Geschut uit het Noorden en Westen, raketten uit de lucht. Ja, in deze laatste septemberweek 1944 is GENNEP EEN FRONTSTAD geworden, waar de bevolking als muizen de grond inkruipen. Overleven is een kunst geworden.

Maasstraat

Emmastraat

Een plaatje met het traject van de tramlijn door Gennep en de remise en werkplaatsen van NBDS en MBS. De tram sloeg komende vanaf Gennep na de spoorovergang rechts af, voor Aurora langs. Daar waren ook stallingsgebouwen (staat er nog). Vervolgens kon recht achteruit gestoken worden, de tramlijn over richting station en papierfabriek waar de werkplaatsen waren (ook van de spoorlijn)
Op deze geallieerde luchtfoto van december 1944 (en na de verwoestende luchtaanvallen van de geallieerden dus) zien we Gennep vanaf ongeveer de Zandpoort (Splitsing Zandstraat-Picardie rechtsonder op de foto) t/m het spoor. Ik heb voor de duidelijkheid de verschillende straten erbij gezet.

Wiel van Dinter, juli 2019

foto's: www.gennepnu.nl