Kleine Chroniek van Gennep en omstreken over de Maasden oogst, het troepenverkeer enz. van het jaar 1740 tot het jaar 1751 van Gerard Leurs, burgemeester van Gennep en richter van Heijen
Gerrit Leurs was burgemeester van Gennep en was gehuwd op 9 Juni 1743 met Sara Helena Ebben van Gennep.
Zij hadden twee kinderen :
Catharina Albertina Gertrudis, geb. 1744.
Helena Sibilla Anna Petronella, geb. 1746.
Gerard Leurs hield van 1740 tot 1751 een soort dagboek bij, een kroniek, van de gebeurtenissen in die jaren. Het wassen van de Maas wordt beschreven, de overstromingen en de schade die dat tot gevolg had. Maar ook de oogst, belangrijke gebeurtenissen en ook ziekte-uitbraken, zoals de "roode loop". "Roode loop" staat voor dysenterie en werd zo genoemd vanwege het bloed bij de ontlasting. Die dysenterie was vaak dodelijk en kennen we anno 2016 in Nederland eigenlijk niet meer. Wel in andere delen van de wereld en zeker na een natuurramp en of oorlog, als de hygiene te wensen over laat. En dat was natuurlijk ook het geval rond 1750 in het Gennepse. Waterleidingen bestonden nog niet, evenmin als riolering. Het zou nog meer dan 150 jaar duren voordat Gennep riolering kreeg en de laatste openbare stadspompen zijn pas na de 2e wereldoorlog uit het Gennepse straatbeeld verdwenen.
Genoeg gepraat: de beschrijving van de gebeurtenissen in en rondom Gennep in de jaren 1740-1751 door de ogen van de burgemeester Gerard Leurs en door hem in deze kroniek vastgelegd:
1740
15 Juni 1740. Maas sterk gevallen; zomervruchten staan goed, winterrogge slecht, is wel voor 1/3 bevroren.
2 Juli „ Winterrogge, die onbeschadigd is gebleven, staat in volle bloei. Het heeft goed geregend, goede oogst in 't zicht.
30 Juli ,, In Gennep zijn twee Hollandsche families komen wonen.
8 Sept. „ De winter en zomervruchten te gelijk rijp en reeds ingeschuurd. De Niers zet de aangrenzende weiden onder water.
3 Dec. ,, De Maas is zoo hoog geweest, dat men Gennep van de Oostzijde niet bereiken kon. De Maas is zóó hoog geweest in deze maand als ze sedert menschenheugnis was ; geen morgen gronds is er droog geweest in de stad; alle dorpen rondom stonden onder water; de ellende onder menschen en vee is groot; enorme schade is aan de gebouwen in de stad aangericht.
Op 22 Dec. stond de Maas het hoogst. In Boxmeer stond het tot den drempel der sacristie.
1741
Jan. 1741. Het water is in deze maand weggevallen; de Niersbrug is geheel weggespoeld ; de palen staan nog in 't water. De stadsmuur tusschen. de beide Nierspoorten is omgevallen. Het poortschrijvershuis, de korenwaag en de walck en looimolen zijn sterk beschadigd ; in de stad zijn eenige huizen ingevallen. Daarbij is gisteren de eene vleugel van den korenwindmolen door den sterken wind afgeslagen, zoodat nu de molens alle stilstaan. Douarière van Nieuwkerken genannt Nieuwenheim woont op Kasteel den Ham.
Juni „ De vruchten staan zeer goed ; de Maas is zeer laag.
?Aug. 1741. De Maas wast snel.
Sept. „ De roode loop heerscht te Gennep, zoowel als op de dorpen ; Verscheidene menschen zoowel oude als jonge sterven ervan.
8 Dec. „ De roode loop vertoont zich nog. Het is een duur jaar geweest.
1742
3 Maart 1742. Maarschalk deMallebois en suite zijn gepasseerden Maandag 2 uur hier aangekomen en Dinsdag 9 uur 's morgens van hier naar Gelder vertrokken.
4 Juli „ De afgeloopen maand was zeer droog. Het zomerkoren slecht. De Maas laag.
28 Juli „ Allegunda Sophia Taminga, huisvrouw Beckers 22 jaar oud, middelmatige lengte, blond, heeft zich 's nachts verwijderd uit het huis van haar schoonvader, den vice-kanselier te Cleef met medename van geld, juweelen, diamanten, paarlen. 2 gouden repetitie-horlogies en meer andere pretiosa, kleederen, linnengoed. Zij vluchtte met een officier bij Boxmeer over de Maas ; de veerman Mathijs van Meerwijk wordt daarover verhoord.
2 Oct. „ Vorige week is de Maas in 24 uren 5 tot 6 voet gewassen.
3 Nov. „ De magistraat van Gennep heeft in deze maand twee burgerzonen, die in Hollandschen dienst stonden, en hunne ouders kwamen bezoeken, gearresteerd en naar Wesel laten afleveren.
25 Nov. „ De Maas is zoo opgeloopen, dat hét water onder de Nierspoort gestaan heeft.
1743
4 Jan. 1743. De Maas zit vast, vrachtkarren kunnen er over varen.
2 Febr. „ De Maas is vol ijs, geen overvaren mogelijk.
2 April „ De vorst bederft de wintervruchten, vele stukken worden wederom omgeploegd. In Kessel zijn gepasseerden Zondag twee boerenhuizen en een schuur afgebrand.
4 Mei 1743. De Maas loopt op ; het water staat in de stad.
4 Juli „ Drie dekenfabrikanten vestigden zich 15 Juni in Gennep.
2 Aug. ,, De Magistraat van Gennep laat een burgerzoon, die in Hollandschen dienst was, vastzetten en naar Wesel brengen. De Hollandsche troepen marcheeren aan de andere zij der Maas; twee regimenten leggen te Boxmeer. Leopold de Raet, drost van Boxmeer, St. Anthonius en Sambeek is met Anna Derothea Mahler gehuwd te Anholt 25 Augustus.
2 Sept. „ De Magistraat van Gennep laat weder een Hollandschen soldaat, Gennepsch burgerzoon, vastzetten en naar Wesel brengen.
5 Nov. „ De roode loop openbaart zich ; eenige menschen zijn er reeds aan gestorven ; gaat in December over. Een wegens verschillende diefstallen hierop het Raadhuis vastgesteld vrouwmensch is losgebroken en ontvlucht.
1744
4Febr. 1744. De Maas is dichtgevroren; geladen karren gaan er over; de Maas is gepasseerden vrijdag losgegaan.
5 Maart 1744. Zet de Maas zich weer vast tot den 22en.
1 April „ Een verdronkene, aan den oever aangespoeld, gevonden. De erfhertogin van Oostenrijk passeert de stad, op weg naar Grave.
4 Mei „ 8 April brandt het huis van de erven van burgemeester Ebben te Ottersum geheel af, al de meubels, 10 varkens verbranden; slechts twee koeien en paarden werden gered.
5 Juli „ Een commando van het Doncksche regiment brengt de huisvrouw van den molenpachter Andries van Duren naar Wesel, wijl haar zoon zich niet op tijd te Wesel meldde, benevens de apotheker Schepen, Erpers' zoon. De laatste is dadelijk teruggekomen, de eerste is lang te Wesel gehouden, zoolang tot de zoon zelf kwam.
5 Oct. 1744. Men vreest een inval der Oostenrijksche Husaren. uit Brabant. Men pakt alles in.
4 Dec. „ Het water heeft in de stad gestaan. Hannoversche troepen passeeren Boxmeer en Heijen.
1745
4 Jan. 1745. Men meldt naar Gennep, dat te Alkmaar 1500 stuks hoornvee aan ééne ziekte gestorven zijn. Het water heeft weer in de stad gestaan. Inkwartiering van Hannoversche troepen.
3 Febr. ,, De watermolen is beschadigd. Secretaris der stad is Mentrop.
Maart „ Het water staat weder in de stad.
5 Mei „ Een dief, die in 't ambt Gennep een paar zoogenaamde kartrekkettingen gestolen had, wordt te Gennep vastgezet.
Juli „ In de afgeloopen maand zijn de veldvruchten bijna van Maastricht af tot Well aan beide zijden der Maas door hagelslag bedorven.
Aug. „ Elken dag passeeren hier Hollandsche deserteurs.
2 Oct. „ De Maas is zoo laag, dat geen geladen schepen kunnen varen. In de afgeloopen maand zijn bijna 100 Hollandsche deserteurs Gennep gepasseerd.
4 Dec. ,. De veeziekte breekt te Ottersum uit. De Maas is klein. Twee compagnién Hollandsche soldaten trekken 27 Nov. van Grave naar Venlo.
19 Dec. „ Gaat de Maas vast zitten.
1746
6 Jan. 1746. In Dec. gaat Hannoversche artillerie over de Maas naar Brabant.
7 Maart „ Men koopt vee in Erkelens voor Holland.
De Maas wast, heeft eenige dagen in de stad gestaan. Men brengt Guliksch vee naar Holland, evenzoo in April.
2 Mei „ De Kon. Scholtis Wunder overleden te Gennep. De Maas einde April sterk gewassen, valt spoedig weg.
3 Juni „ In het laatst van April is een schip met ongeveer 150 zieke en gezonde Oostenrijksche Huzaren en Pandoeren voorbij Gennep gevaren, terwijl bagage op vier wagens en 7 muildieren door Gennep naar Nijmegen gevoerd werd. Vele Fransche deserteurs passeeren. Het koren heeft in 10 jaar zoo goed niet gestaan. De bewoners der Meierij en van 't land van Cuyck vluchten met hun goed, uit vrees voor den inval der Franschen, naar Gelder, Geef en Gennep.
Juli „ Reist de weduwe van den Scholtis Wunder des nachts om 1 uur van hier met twee karren heimelijk weg, waarna men de zich in het huis bevindende meubels dadelijk geïnventariseerd heeft.
In de heerlijkheid Nergena is 's morgens 22 Aug. een klein meisje, naar het uiterlijk te zien van ongeveer drie maanden, in windelen op een bos stroo aan de deur van een der Domeinenpachters gevonden. Het was met eene korenwan toegedekt.
In Augustus passeerden hier 47 deserteurs. De Maas is in Aug. zeer klein.
5 Nov. ,. De Hollandsche Generaal Smissart is afgeloopen week met eenige bagagie hier door gekomen. Zieke soldaten passeeren op schepen naar den Bosch.
2 Dec. 1746. In de afgeloopen maand is te Oeffelt een Pruisisch onderofficier, Michaelis genaamd, door Engelsche soldaten, welke door het dorp marcheerden, uit een herberg gehaald en met geweld meegenomen. Soldaten passeeren de Maas.
Dec. ,, De roode loop breekt weer uit. Door de bouwvalligheid van den looimolen, spoelt een gat naar den dijk. In deze maand passeert Graaf van Rechteren, commandant van Venlo, Gennep. Hannoveranen kampeeren te Boxmeer.
1747
5 Mei 1747. Dagelijks passeeren door de Maas schepen met haver. De deserteurs, die hier aankomen en de gevorderde grootte hebben, worden hier ingelijfd. De korenvruchten staan goed.
4 Aug. „ Te Middelaar is 's avonds 10 uur eene dievenbende bij een boer ingekomen, hebben de lieden handen en voeten aaneengebonden, de vrouw met een gloeiende vuurtang, gebrand en met een heet ijzer door het been gebrand, om ze zoo te dwingen, te zeggen, waar het geld was; zij had het onder een steen verborgen, hetgeen zij met al het linnen en kleeren medegenomen. Dagelijks passeeren deserteurs. Een schip met ammunitie en 50 man vaart voorbij naar Venlo. Een commando Cavallerie van de geallieerden van 80 man passeert.
Oct. „ In het land van Cuyk, Boxmeer, St. Agatha sterven vele menschen aan den rooden loop.
11 Oct. „ De Graaf van den Bergh, Johan Baptist van Hohenzollern Sigmaringen of de dolle Graaf is met zijne gemalin Benonia de Lodron en gevolg door Heijen naar Boxmeer gegaan. Hij verliet haar later. Zij stierf in een klooster. De roode loop te Gennep, ook heerscht in het laatst van dit jaar de veeziekte, in 2 stallen sterven 18 stuks vee;
1748
zij (de roode loop) neemt in Januari 1748 in Kessel, Ottersum en het ambt Gennep toe.
Maart 1748. Nog neemt de veeziekte toe; de Maas is toe gevroren geweest, ging den 4en los, 15 Maart hoog water.
Mei „ Op de Nijmeegsche heide wordt een Linie aangelegd ; uit het land van Cuyck zouden 500 man opgeroepen zijn. De keizerlijke Generaal Batheüni met gevolg trekt door Gennep. Een looier en knoopenmaker vestigen zich te Gennep.
Juni „ Einde Juni kregen twee schoorsteenvegers ruzie met den bedelvoogd ; bij die kloppartij kregen alle drie wonden.
Aug. „ Hannoversche troepen kampeeren op de Heide bij Grave.
6 Aug. trekt de Hannoversche Generaal, die te Boxmeer in garnizoen lag, door Gennep.
Nov. „ De roode loop heerscht te Ottersum. Gennep blijft er vrij van. De apotheker Markoven uit Amsterdam vestigt zich met zijne familie te Gennep. Het bij Boxmeer staande hospitaal der Hannoversche troepen wordt verplaatst. De wervers, die te Gennep lagen, gaan naar hunne regimenten terug.
1749
Febr. 1749. De Niers is zoo hoog, dat men van de Oostzij alleen met schepen in de stad kan komen.April 1749. De Maas is klein, de veldvruchten staan goed.
Sept. „ De Oostwal hersteld aan de Niers brug tegen den Niers molen; men zal de muur vernieuwen.
10 Sept. ,, Om 9 uur 's avonds willen drie kerels de kerk te Ottersum bestelen; zij hadden eene ladder bij zich, die zij tegen het pastoors-huis geplaatst hadden ; zij moesten vluchten.
Nov. 1749. De weduwe van Diepenbroeck is uit het Munsterland naar Huis Heijen gekomen, om daar te wonen.
Dec. „ De veeziekte breekt uit bij Teunissen te Oeffelt: acht stuks vee sterven.
1750
Aug. 1750. In Heijen sterven 18 stuks vee, niet aan de ziekte, die eenige jaren hier gewoed heeft, maar aan het miltvuur.
1751
20 April 1751. De ontvanger Mentrop sterft. Zijn schoonzoon Haver vervangt hem reeds een jaar. In dit jaar rees het water der Maas weer bizonder hoog.